partner
Vivera ontwikkelde met succes een plantaardig alternatief voor vis. - Foto: Vivera
Vivera introduceerde afgelopen maart een plantaardige zalmfilet. Het duurzame alternatief roteert goed, kan Marketing Directeur Karin Löwik zeggen. Wat vooral is toe te schrijven aan de smaak en de bite, gecombineerd met een interessant prijspunt. “Smaak en prijs zijn de belangrijkste redenen waarom mensen wel of niet kiezen voor een alternatief voor vlees of vis.”
Als een plantaardige vlees- of visvervanger niet smaakt, blijft de consument gemiddeld een jaar weg bij het schap, weet Löwik. “En dan heb ik het over de flexitarische consument; momenteel de grootste kopersgroep en de belangrijkste doelgroep om te verleiden tot het aankopen van een plantaardig alternatief. Een product ontwikkelen dat écht goed van smaak is, is dus in het belang van de gehele categorie.”
Versnelling door coronacrisis
De coronacrisis heeft ervoor gezorgd dat die categorie een versnelling heeft doorgemaakt. “Mensen zijn nog meer gaan nadenken over dierenwelzijn, gezondheid en milieu, waardoor de belangstelling voor plantaardige alternatieven significant is gegroeid.”
Dit heeft er mede voor gezorgd dat er steeds meer spelers actief zijn geworden in de categorie. “Enerzijds een goede ontwikkeling, want samen verkleinen we de ecologische footprint des te meer. Anderzijds betekent dit echter niet dat alle producten even goed in de smaak vallen bij de consument, en dit kan juist weer negatieve gevolgen hebben.”
Voorsprong in de markt
Vivera heeft met ruim dertig jaar ervaring in het ontwikkelen van vleesvervangers een flinke voorsprong in het in de markt zetten van kwalitatief goede producten, kan Löwik stellen. “In drie decennia tijd hebben we een grote technologische ontwikkeling doorgemaakt en steeds meer schaalgrootte gekregen. Schaalgrootte die we nodig hebben om een goed prijspeil te hebben, naast flexibiliteit om in te spelen op de verschillende Europese markten met hun specifieke behoeften.”
Die behoeften kunnen per land namelijk enorm verschillen. “Onze plantaardige vissticks bijvoorbeeld liepen in Nederland veel minder goed dan in Scandinavische landen. Om de doodeenvoudige reden dat wij gewend zijn om deze vanuit de diepvries te kopen. Met een kroketburger daarentegen, die we dit jaar in Nederland hebben geïntroduceerd, hoef je in het Verenigd Koninkrijk weer niet aan te komen.”
Het ‘zalmgevoel’ creëren
Producten die internationaal goed werken zijn de plantaardige shoarma en hamburgers. “Waarmee we de consument actief laten kennis maken door middel van sampling. Proeven is tenslotte geloven!” En de duurzame zalmfilets. Een behoorlijk uitdaging om te ontwikkelen, vertelt Löwik eerlijk. “Omdat juist bij zalm de juiste combinatie van structuur en smaak essentieel is, en je tegelijkertijd de juiste voedingswaarden toe wil voegen. Daarom hebben we de tijd genomen om dat echte ‘zalmgevoel’ te creëren. Op basis van onder meer tarwe-eiwitten en omega 3-vetzuren is ons dat gelukt. Sinds de introductie tijdens de Nationale Week Zonder Vlees & Zuivel, afgelopen maart, krijgt het plantaardige alternatief voor vis veel goede reacties en bewijzen de rotaties dat men het product daadwerkelijk lekker vindt.”
Gevolgen van het eten van vis
Ondanks de uitdaging die het ontwikkelen van een plantaardig alternatief voor vis met zich meebracht, besloot Vivera zich hier toch hard voor te maken, vertelt Löwik. “Mensen staan nog weinig stil bij de gevolgen van het eten van vis. Sterker nog, wanneer consumenten besluiten minder vlees te gaan eten, is één van de eerste alternatieven die ze kopen vaak vis, waaronder zalm.”
Zowel wilde zalm als kweekzalm veroorzaken echter veel schade aan het milieu, verduidelijkt ze. “Bij wilde zalm wordt dit voornamelijk veroorzaakt door de bijvangst en overbevissing. Bij kweekzalm worden veel chemicaliën en antibiotica gebruikt om zeeluis tegen te gaan, die vervolgens in de zee en in de zalm terecht komen. Daarnaast is bij een kilo kweekzalm maar liefst twee tot vijf kilo wilde vis als voer nodig, wat ook weer leidt tot overbevissing.”
Ons alternatief doet qua smaak, structuur en voedingswaarden niet onder voor reguliere zalm
Hierover vertellen is één, om de consument daadwerkelijk minder zalm te laten eten, is een goed alternatief nodig, vertelt ze realistisch. “Een alternatief dat qua smaak, structuur en voedingswaarden niet onder doet voor reguliere zalm. Dat hebben wij daarom op de markt gebracht en de komende tijd kijken we naar meer alternatieven.”
Aantrekkelijke prijs
Zowel met de vlees- als visvervangers heeft Vivera een unieke positie in de markt, vertelt Löwik. “De smaak en de bite zijn goed en qua prijs zitten we tussen private label en A-merken in. Dit aantrekkelijke prijspunt maakt de drempel om een plantaardig alternatief eens te proberen aanzienlijk kleiner. Wanneer een product dan ook nog eens letterlijk in de smaak valt, zorg je al snel voor herhalingsaankopen.”
Oplopende grondstofprijzen zullen een veel groter effect hebben op de vleesprijzen dan op onze producten
De stijgende grondstofprijzen hebben dan ook een gunstig effect op de gehele categorie, voorspelt ze. “Sommige vleessoorten worden tot wel dertig procent in prijs verhoogd. Een koe bijvoorbeeld, moet voor één kilogram rundvlees wel zeven kilogram soja eten, terwijl wij van één kilogram soja één kilogram tofu kunnen maken. De oplopende grondstofprijzen zullen dan ook een veel groter effect hebben op de vleesprijzen dan op onze producten.”
“Dus als onze producten goedkoper worden dan vlees, wat voor sommige varianten nu al geldt, dan kan het tipping point waarop plantaardig de voorkeurskeuze wordt binnen handbereik komen. Vooral nu consumenten door de oplopende inflatie prijsbewuster gaan worden. Dat is goed nieuws voor de categorie én onze planeet.”
