​Impact maken met groentesnacks van Snackwithbenefits

Het idee voor groentesnacks is twee jaar geleden aan de keukentafel ontstaan, blikt Margje Pijpker terug. “Renco en ik zijn niet alleen zakelijke partners, maar hebben ook al dertien jaar een relatie. We ambiëren allebei het ondernemerschap, willen de wereld graag vooruit helpen en eten is onze grote passie. We houden van koken en we vinden het leuk om mensen uit te nodigen.” Zo kwam er een keer een veganistische vriendin bij hen eten. “We gingen aan de slag met gefrituurde bloemkool. Opeens ging er een lampje bij ons branden. We dachten: ‘hier hebben we iets te pakken’. De afgelopen jaren heeft er weinig vernieuwing plaatsgevonden in het diepvriesschap en wij zagen echt kansen in smakelijke groentesnacks, waarmee we de wereld een stukje mooier kunnen maken. Daarom kiezen we heel bewust voor groenten uit een korte keten.”

Eerste snack Snackwithbenefits

Het eerste idee was een bloemkoolsnack, de CauliFlowerPower. De productontwikkeling verliep verrassend soepel. “We zijn naar Kitchen Republic gegaan. Zij hebben ons geholpen om het idee verder uit te werken. In drie maanden tijd hebben we verschillende prototypes ontwikkeld.” Daarbij werden de volgende uitgangspunten gehanteerd: de snacks moeten superkrokant en sappig zijn en mensen moeten ervan willen blijven eten. Dat was een uitdaging. “Een superkrokante korst krijg je bijvoorbeeld met panko, een paneermeel uit de Japanse keuken, maar dat past niet bij onze visie van een korte voedselketen. Zodoende besloten we een bevriende boer, die chips produceert, om advies te vragen.” Dat bleek een schot in de roos. “Hij bleek 100 kilogram per dag aan aardappelreststroom over te houden, die wij zouden kunnen verwerken. Dat idee sprak ons heel erg aan. Zo kunnen we niet alleen een lekkere, krokante snack met een hoog dooreetgehalte op de markt brengen, maar ook voedselverspilling tegengaan. Dat was voor ons echt een geluksmoment.”

Maisribs en oesterzwambites

Al na een paar weken hadden de ondernemers een idee voor een volgende snack: A-Maize-Ing Juicy Mais Ribs. “We kwamen de Mais ribs in een of andere foodblog tegen”, blikt Pijpker terug. “Het leek ons superleuk om daarmee aan de slag te gaan. Al snel ontdekten we dat er in Nederland maar twee boeren zijn die suikermais telen voor menselijke consumptie: één in Zeeland en één in Limburg. Uiteindelijk zijn we met de boer in Zeeland gaan samenwerken. Hij bleek 5 ton aan reststroom in zijn vriezer te hebben liggen. Het gaat om prachtig mais, waarvan de kolven helaas korter zijn dan 15 centimeter en daardoor ongeschikt voor de handel. ‘Kunnen jullie er wat mee?’, vroeg hij. Dat was precies wat we zochten.”

Het gaat om prachtig mais, waarvan de kolven helaas korter zijn dan 15 centimeter en daardoor ongeschikt voor de handel.

Al snel kwam de volgende uitdaging op hun pad. “We wilden de mais als echte ribs op de markt brengen. Daarvoor moeten de kolven in de lengte door zessen worden gesneden. Er was geen machine die dat kon. Zodoende hebben we deze laten ontwikkelen.” Inmiddels is ook een derde product aan het gamma toegevoegd: FunkyFunghi, knapperige oesterzwambites

Productie met korte keten

De eerste maanden deden Margje en Renco de productie zelf. Maar al snel besloten ze deze uit te besteden aan productiepartners en gebruik te maken van een logistieke partner. “Het is onze ambitie om binnen vijf jaar in alle vriezers van Nederland te liggen, zowel bij de consumenten thuis als in de horeca. Over twee jaar willen we het groen(s)te snackmerk van Nederland zijn. Daarom vonden we het belangrijk om snel op te schalen”, legt Pijpker uit. Voor ieder product is een andere productiepartner gezocht. Daarbij staat de korte keten centraal. “We proberen zo dicht mogelijk bij de teler te produceren om zo weinig mogelijk kilometers te maken. Zo komen onze oesterzwammen uit de Kop van Noord-Holland. De teelt en productie vinden op nog geen 10 km afstand van elkaar plaats.”

Zowel horeca las consumenten

Snackwithbenefits richt zich zowel op de horeca als consumenten. Daarom zijn de producten zowel te vinden bij 400 Albert Heijn-winkels en alle landelijke horecagroothandels. Dat zijn volgens Pijkper twee heel verschillende markten, die beide behoefte hebben aan een andere communicatie. “De korte keten spreekt de industrie en de horeca aan. Zij willen zoveel mogelijk impact maken en snappen het verhaal. Het bewustzijn van consumenten over de hoeveelheid kilometers die hun voedsel heeft afgelegd, moet nog groeien. Daarom richten we ons in deze communicatie vooral op de boodschap dat ze met onze producten zeker weten dat ze goed zitten. Alles is clean label. Er wordt niets gevoegd wat er niet in hoort.”

Gemak en inspiratie

Inmiddels worden de groentesnacks in meer dan driehonderd horecabedrijven geserveerd. “Veel ondernemers hebben problemen met het samenstellen van een keukenteam, terwijl gasten verwachten dat er een aantal plantaardige opties worden aangeboden. Niet alleen tijdens het diner, maar ook tijdens de borrel. Met ons product kunnen ze daar op een gemakkelijke manier op inspelen.” Ander groot voordeel is dat er een grote doelgroep is. “We richten ons zowel op de flexitariërs, vegetariërs en veganisten, maar we willen ook de vleeseters verrassen. Iedereen houdt immers van groente!”

We richten ons zowel op de flexitariërs, vegetariërs en veganisten, maar we willen ook de vleeseters verrassen

In een jaar tijd is de productie flink gestegen. “We zijn begonnen met 100 kilo per weekend en inmiddels hebben we per run 15.000 kilo. In een jaar tijd hebben we de complete reststroom van de maisboer weggewerkt. Gelukkig is er inmiddels weer nieuwe oogst, waardoor de productie gewoon door kan gaan en we in de toekomst nog verder kunnen opschalen.”

Sauzenlijn

De initiatiefnemers hebben de ambitie om een eigen sauzenlijn te introduceren. “Voor de horeca leveren we een basisproduct, waaraan het keukenpersoneel zelf kruiden, saus en toppings kunnen toevoegen. Hiervoor hebben we recepturen voor drie sauzen gemaakt”, legt Pijpker uit. “Daar krijgen we veel feedback op. Zo ontstond de gedachte dat er misschien business in zit en hebben we besloten om sauzen onder ons eigen merk op de markt te brengen.” Ze hebben drie verschillende sauzen ontwikkeld: een mango chutney met koriander en limoen, een sesam mayonaise en een Koreaanse aïoli. “We hopen deze na de zomer op de markt te brengen. Bij saus is het minder makkelijk om de korte voedselketen te realiseren. De benefit zit hierbij vooral in het feit dat de sauzen volledig plantaardig zijn.”

Toekomst en ideeën

Voor de toekomst zien de ondernemers nog heel veel mogelijkheden. “Nederland heeft zoveel groenten. Het palet is vrijwel oneindig. Wij hebben nog wel zes tot acht ideeën, die we graag verder willen uitwerken, zoals een snacks afkomstig van restproducten van verspilde uiensnippers, pompoen en rapen.”

Wij hebben nog wel zes tot acht ideeën, die we graag verder willen uitwerken

Dit jaar willen ze het fundament onder hun bedrijf bouwen. “Vanaf 1 april hebben we onze eerste medewerker in dienst, een sales- en accountmanager. Eind 2023 hopen we weer een nieuwe snack op de markt brengen. Het is allemaal heel voorspoedig gegaan. We zijn echt ontzettend snel gegroeid en er zijn nog heel veel kansen. Daar gaan we de komende tijd onze schouders onder zetten.”