Skip to content

Janssen: ‘Coronacrisis kans voor agrifoodbedrijven’

Updated on:
Business
Interview
Richard Janssen is assistent professor op Nyenrode Universiteit. Volgens hem biedt de coronasituatie kansen voor agrifoodbedrijven. - Foto: Nyenrode

Richard Janssen is assistent professor op Nyenrode Universiteit. Volgens hem biedt de coronasituatie kansen voor agrifoodbedrijven. - Foto: Nyenrode

De moeilijke omstandigheden waar sommige agri- en foodbedrijven mee te maken krijgen door het coronavirus bieden kansen om nieuwe afzetkanalen en markten te ontwikkelen. Dat zegt Richard Janssen, Assistent Professor strategic innovation op Nyenrode Business Universiteit.

“Door het wegvallen van de horeca als afzetkanaal, gaan veel agri- en food-bedrijven op zoek naar andere kanalen. Nu ligt er echter ook de kans om door te pakken en ook voor na de crisis voedselketens beter in te richten”, aldus Richard Janssen. Janssen spreekt donderdag 26 maart tijdens het Food & Agri webinar.

Hoe is de situatie in de Nederlandse agrifoodsector op dit moment?

“Er wordt hard gewerkt om de voedselvoorziening in stand te houden. Ondertussen is een kanaalverschuiving gaande. De belangrijkste verschuiving is van de horeca naar supermarkten, maar de markt is niet gegroeid, het totale volume blijft gelijk. Bedrijven die daarom denken ‘ik kan groeien’, doordat ze de vraag naar hun product zien toenemen, moeten goed nadenken over de keuzes die ze op basis hiervan maken. De vraagverandering is namelijk niet structureel. De bedrijven die de horeca als belangrijke afzet hadden, zien hun afzet en omzet dalen. Zij gaan op zoek naar manieren om hun producten toch kwijt te kunnen.”

Hoe lossen zij dit op?

“Bedrijven focussen zich op nieuwe consumenten en nieuwe afzetkanalen. Werkgevers geven bijvoorbeeld bloemen aan personeel om hen te bedanken. Ook worden bestaande kanalen opgeschaald en opgerekt, zoals door het openen van groothandels als Sligro voor consumenten. Andere zoeken samenwerking, bijvoorbeeld bedrijven in kiemgroenten die samenwerken met een verpakker, zetten nieuwe platformen op, zoals overeten.nl, of zetten nieuwe kanalen op, zoals een supermarkt een pop-upwinkel in een ziekenhuis, om zo hun voedingsproducten af te kunnen zetten in plaats van ze weg te moeten gooien.”

Zijn deze aanpassingen die bedrijven doen genoeg?

“Het zijn op zich goede initiatieven, maar in de uitwerking te klein en vaak vanuit de eigen wereld en zorgen gedacht. Het belangrijkste is dat bedrijven zich richten op de consument en dat ze zich afvragen wat die wil. Op dit moment wordt er veel ‘gepusht’ vanuit de bedrijven. De oplossingen zijn vooral incrementeel. Dat betekent dat het kleine veranderingen zijn die bedrijven niet uit hun comfortzone halen. Dat is een logische reactie, want bedrijven proberen te overleven en zijn al blij als er afzet is voor hun producten. Het is echter noodzakelijk om grote veranderingen door te voeren, zodat we naar duurzame marktontwikkeling kunnen met volledige klantfocus. Daarmee kunnen bedrijven klappen opvangen.”

Kunt u dat uitleggen?

“Nu is de kans om ketens en bedrijven slimmer te organiseren: ketens flexibeler maken, meer aandacht hebben voor de klant en samenwerkingen aangaan. Nu bedrijven toch veranderingen doorvoeren, omdat die noodzaak er is, kunnen dat beter meteen veranderingen zijn die ook op de langere termijn effect hebben. Dat kunnen bedrijven collectief doen. De kunst is om met dat slimmer organiseren de kennis uit verschillende partijen samen te brengen om je op de klant te kunnen richten. De klant wil nu vooral duurzaam, vers, eerlijk en het eten thuis bezorgd.”

Snel delen

Carolien Kloosterman
Carolien Kloosterman

Voormalig redacteur