Projectleider Servicepunt Lokaal Voedsel wil vraag vergroten

Het voedselsysteem gaat er niet radicaal door veranderen. Dat geeft Alexander Daniel grif toe. Op dit moment ligt het marktaandeel van lokale agrarische producten in het voedingspakket van de gemiddelde Nederlander op 3 tot 4%. Als daar via het Utrechts Servicepunt Lokaal Voedsel 1 of 2% bijkomt, is dat al heel mooi.

Ons servicepunt draagt bij aan de transitie in de sector

Verduurzaming van de landbouw gaat nu eenmaal in kleine stapjes, zegt Daniel. “Ons servicepunt draagt bij aan de transitie in de sector. Door de vraag te vergroten, kunnen boeren meer producten kwijt in hun eigen omgeving. En dat tegen een hogere prijs. Dat stimuleert lokale producenten om hun bedrijfsvoering milieuvriendelijker te maken.”

Het Servicepunt Lokaal Voedsel is een initiatief van de Natuur en Milieufederatie Utrecht. Projectleider Daniel heeft zijn tanden erin gezet. Het servicepunt lanceerde onlangs een digitaal platform waarop consumenten kunnen vinden op welke plekken lokaal geproduceerde voedingsmiddelen in de provincie Utrecht verkrijgbaar zijn. Zowel op het platteland als in de stad, van melktap tot groentepakket.

Bovendien geeft het platform mogelijkheden aan om actief bij te dragen aan verduurzaming van de bedrijven. Bijvoorbeeld door als vrijwilliger mee te werken met de oogst, een buurtmarkt te openen of te investeren via crowdfunding.

Bewustwording van de consument over voeding en zelf actief meedoen, zijn volgens Daniel even belangrijk als vergroting van de marktvraag. “Bewustwording en meedoen leiden tot binding tussen stad en platteland, tussen boer en consument. Dus tot sociale cohesie. Dat allemaal op kleine schaal, zeker, maar ik ben ervan overtuigd dat ons servicepunt wel een bijdrage levert aan de door velen gewenste transitie in de landbouw.”

Verduurzaming in korte ketens een duw geven

Daniel is geboren en getogen in Duitsland, studeerde geografie in Bonn, duurzame ontwikkeling aan Universiteit Utrecht en bleef vervolgens in Nederland hangen. Langzamerhand raakte hij geïnteresseerd in voedselproductie. Hij volgde een cursus regeneratieve landbouw en werkte mee op verschillende agrarische bedrijven. “Ik ben er steeds meer van overtuigd geraakt dat boeren die in balans produceren met bodem, lucht en water een enorme bijdrage leveren aan klimaat en milieu. Of het nu gaat om biodiversiteit, bodemvruchtbaarheid of waterkwaliteit. De beweging is op gang gekomen, ook in Utrecht. Boeren schakelen om. Met het servicepunt hoop ik de verduurzaming in korte ketens een duw in de goede richting te geven.”

Minder afhankelijk van volume-eisen van supermarkten

Bij de discussies over verduurzaming valt vaak het begrip verdienmodel. Ook Daniel neemt dat woord voor in de mond. “Om duurzaam voedsel te produceren is in veel gevallen extensivering noodzakelijk. Dus minder produceren of meer grond gebruiken. In alle gevallen kost dat de boer geld. De gangbare marktprijzen vormen daarom een drempel voor de goedwillende boer. Met korte ketens verdwijnen tussenschakels uit de keten, hebben boeren meer zeggenschap over de prijs die ze rekenen en zijn ze minder afhankelijk van volume-eisen van supermarkten. De grote uitdaging is dus om de koopkrachtige vraag te vergroten. Dat gaan we nou precies doen met ons servicepunt.”

Daniel is optimistisch. Hij ziet in provincie Utrecht hoopvolle initiatieven. In Woerden is een onbemande winkel met lokale producten geopend, Rechtstreex van de boer krijgt lokale afhaalpunten in de stad Utrecht, stichting Aardpeer en Land van Ons bieden jongeren een toekomst in de landbouw. Zijn droom is om ooit zelf producent te worden. “Ik heb daarvoor een globaal plan. Misschien komt dat ooit nog eens tot uitvoering.”