Worden we insecteneters?

Toen ik jaren geleden hoorde over de opkomst van insecten als voedsel, zag ik een toekomst voor me waarin knapperige krekels en smaakvolle sprinkhanen net zo normaal zouden zijn als een zak chips. De realiteit? Bijna geen mens in West-Europa eet insecten.

Een aantal jaren geleden tijdens een excursie bij een insectenkweker kreeg ik meelwormlolly’s mee. Zelf vond ik ze best lekker, maar mijn kinderen gruwden ervan. Dat zegt misschien iets over hoe diep onze voedingsgewoonten geworteld zijn. De verwachte grote doorbraak voor insecten als voedsel blijft uit.

Waarom? Misschien omdat een bitterbal met meelwormvulling nog niet dezelfde nostalgische waarde heeft als de variant met rundvlees. Misschien omdat het idee van een knapperige krekel in je mond voor velen nog net een stap te ver is. Of misschien omdat de voedingsindustrie de drempel niet laag genoeg heeft gemaakt. Want laten we eerlijk zijn: we willen wel duurzaam eten, maar het moet ook gewoon lekker en makkelijk zijn.

Logisch alternatief voor vlees

Toch is de toekomst van insecten als voedsel niet helemaal kansloos. In andere delen van de wereld, zoals Azië en Afrika, staan ze al eeuwen op het menu. En als je kijkt naar de voordelen – insecten zijn voedzaam, duurzaam en hebben een lage ecologische voetafdruk – dan is het moeilijk te ontkennen dat ze een logisch alternatief vormen voor vlees. Het is misschien gewoon een kwestie van wennen, net zoals sushi ooit een exotische rariteit was en nu niet meer weg te denken is uit het culinaire landschap.

Misschien moeten we gewoon wat creatiever worden in hoe we de insecten presenteren. Verstop ze in pastasaus, vermaal ze tot meel voor brood, of verwerk ze in energierepen. Uiteindelijk eten we ook garnalen, de ‘insecten van de zee’, zonder erbij na te denken. Wie weet bestellen we over tien jaar in een snackbar zonder blikken of blozen een portie buffalowormkroketten. En voor als het zover is, zeg ik alvast: eet smakelijk!