Kan Nederland met minder boeren toe dan we nu hebben? Foto: ANP
In dit artikel
Geen enkele zoon van een supermarkt heeft het erfrecht om supermarktondernemer te worden. Dat geldt ook voor de notenboer, de restauranthouder, de snackbar en de slager. Bij boeren ligt dat blijkbaar anders.
‘Het is een manier van leven’, ‘we willen het werk van opa en andere generaties voortzetten’. Boeren eisen ook een uitzonderingspositie omdat ze ‘Nederland voeden’. Laten we dat fenomeen eens afpellen. Waarom? Heel simpel: de eiwittransitie kan worden versneld door de veestapel te laten krimpen. Diep ingrijpen in de keten. Wat als we minder gaan boeren?
‘Genoeg aan 5.000 boeren’
Allereerst, kan Nederland met minder boeren toe? Ik heb als hoofdredacteur Distrifood ooit een hectisch weekend gehad met de directie van een grote keten. Of ik een artikel wilde intrekken. Nee dus. Een van de topmensen in het supermarktbedrijf had iets heel feitelijks gezegd en dat was blijkbaar heel erg en maakte boeren ‘woedend’. Hij en zijn gezin werden bedreigd.
De omineuze woorden? Volgens hem hadden alle Nederlandse supermarkten, horeca en foodservice genoeg aan pakweg 5.000 boeren en telers. De supermarktketen wilde dan ook niet in een landbouwakkoord stappen omdat de Nederlandse consument daarmee ook betaalt voor verduurzaming van die andere 45.000 boeren die produceren voor de export. Blijkbaar ben je met zo’n standpunt vogelvrij. Je komt met ratio aan de boerenstand.
Ecomodernisme
Sindsdien komt het onderwerp meer op mijn pad. Naast minder boeren, kunnen we wellicht ook anders boeren. Onlangs hoorde ik wetenschapsjournalist Hidde Boersma spreken over ecomodernisme. De ecomodernisten maken platgezegd een knip tussen hoogintensieve landbouw en natuurinclusieve landbouw. De hoogintensieve sector kan rationeel en door schaalvergroting optimaal minder milieubelastend aan de slag. De natuurinclusieve landbouw krijgt ondersteunende sommen geld om onderscheidende, niet-milieubewuste producten te maken én om aan natuurbeheer te doen.
Het is een landbouwpolitiek waarmee een land als Costa Rica hoge ogen gooit. De intensievere landbouw is er productiever en winstgevender op geworden. Het onderhoud van de natuur vormt een bron van inkomsten voor kleinere boeren. De natuur levert eco-rendement op in de vorm van eco-toerisme. Het plaatje klopt.
Boeren hebben de hoge kostenstructuur van een mkb-bedrijf maar moeten tegelijkertijd gaan voor de laagste prijs per kilo
Boer wordt ‘uitgebuit’
Dus terug naar 5.000 boeren én een knip tussen kleine, natuur- en milieubewuste landbouw enerzijds en anderzijds grootschalige intensieve landbouw om de eiwittransitie te versnellen. Het zou de boeren ook een reddingsboei toewerpen. Boeren zijn nu mkb’ers die produceren voor een internationale bulkmarkt. Ze hebben de versnipperde en hoge kostenstructuur van een mkb-bedrijf maar moeten tegelijkertijd gaan voor de laagste prijs per kilo. Dat houdt niemand vol. Ze worden ‘uitgebuit’ door veevoederconcerns en supermarktketens. Ja, het betekent wel wat. Minder boeren, geen erfrecht op boerzijn, failliet kunnen gaan én een rationele, niet op emoties gestoelde eiwitlandbouwpolitiek met duidelijke keuzes voor plantaardig.
Het kan. Mijn opa was boer en kruidenier, mijn vader werkte in een fabriek en verdiende bij als behanger, ik zit in de journalistiek. Van landbouw, naar industrie naar dienstensector. Hele generaties hebben dat pad met veel succes bewandeld. Ze laten er geen traan over. Dus laat ik eens pleiten voor 5.000 boeren die produceren voor een maatschappij-, consument- en boerenagenda. Of moet ik nu dit weekend ook mijn voordeur barricaderen en de trekkers uit de woonwijk weren?