Foto: Canva
Nederlanders spendeerden in 2019 ruim 11% van hun totale uitgaven aan voedsel en non-alcoholische dranken.
Voor alle EU-landen samen is dat gemiddeld 13%, in totaal goed voor € 956 biljoen. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat.
‘Wonen’ grootste kostenpost
Daarmee staan de uitgaven aan voedsel en non-alcoholische dranken op plek drie van de grootste kostenposten. Fier bovenaan (23,5%) staan de uitgaven aan de woning, water, gas, elektra en brandstoffen. Op nummer twee volgt transport met 13,1% van de totale uitgaven.
Lees verder onder de grafiek.
Roemenen geven meeste uit aan voedsel
Roemenen hebben in 2019 het grootste aandeel gespendeerd aan voedsel en dranken (26%). Litouwen (20,2%) en Estland (19,3%) volgen op gepaste afstand. Daarentegen gaven Ierland (8,6%), Luxemburg (8,9%) en Oostenrijk (9,7%) naar verhouding het minst uit aan voedsel en dranken. Tussen 2009 en 2019 bleven de gemiddelde uitgaven aan voedsel en dranken in de EU-landen nagenoeg stabiel. De grootste daling is zichtbaar in Litouwen, waar het percentage daalde van 25,4% in 2009 tot 20,9% in 2019. De grootste stijging is zichtbaar in Tsjechië, van 14,2% in 2009 tot 15,5% in 2019.
Corona-effect
De cijfers weergeven data voordat het coronavirus zijn intrede maakte in Europa. Cijfers over 2020 kunnen dus afwijken, meldt de Europese Commissie. Het Verenigd Koninkrijk (VK) is niet meegenomen in de EU-27 cijfers (zie grafiek hierboven). De Britten spendeerden in 2019 gemiddeld 8% van de totale uitgaven aan voedsel en non-alcoholische dranken.
Consumentengedrag in de eiwittransitie: hoe zet je acceptatie om in actie? Die vraag staat centraal op het Eiwit Congres op 13 maart 2025 in Wageningen. Bekijk het programma en de sprekers en reserveer nu je ticket met €50 vroegboekkorting.