Skip to content

Ieder jaar € 10.000 per hectare voor zon en wind

Updated on:
Business
Achtergrond

Een zonneakker levert € 6.000 per hectare per jaar, met wind erbij wordt dat € 10.000 of hoger. Fiscaal en juridisch advies is maatwerk.

Is een zonneakker een financieel interessant alternatief voor akkerbouwteelten? Nou, dan is een energie-akker dat helemaal. Op zo’n energie-akker staan behalve zonnepanelen ook één of meer windturbines.

Reken even mee. We pakken een perceel van 10 hectare. De opbrengst uit verhuur voor zonnepanelen is 10 x € 6.000 = € 60.000 per jaar. Tel daarbij op de huurinkomsten voor twee windturbines 2 x € 20.000 = € 40.000.

Energieakkervergoeding heeft nog inflatiecorrectie ook

Wind en zon samen op die 10 hectare leveren voor de boer € 100.000 ofwel € 10.000 per hectare per jaar. Daarvoor hoeft die dan 25 jaar lang niet te ploegen, niet te zaaien en verplegen, en hij hoeft niet te oogsten. En de de jaarlijkse vergoeding wordt ook nog eens gecorrigeerd voor de inflatie. Welk bouwplan levert zonder enige inspanningen en zorg zo’n saldo?

Verschillen in instraling zon en windkracht

Toegegeven, in bovenstaand sommetje is uitgegaan van goede omstandigheden. Niet overal in Nederland beurt de grondeigenaar € 20.000 per jaar voor een windmolen op zijn land. En de € 6.000 per hectare per jaar voor zonnepanelen mag dan een reëel bedrag zijn om mee te rekenen, het wordt niet overal gegeven.

Een bovengemiddelde afstand van de locatie tot een onderstation met een vrije capaciteit van minimaal 10kMVh drukt de vergoeding. In het oosten van Nederland zijn de instraling van de zon en de wind minder dan vlak aan de kust. Maar daartegenover wordt op strategische plekken voor zonnehectares soms ook weer méér dan € 6.000 per jaar gegeven. Ook de € 20.000 per jaar voor de windmolen is niet per se het maximum.

Vattenfall

“Het maakt voor het rendement nogal wat uit of een windturbine in de Wieringermeerpolder staat of bij Varsseveld in Oost-Gelderland”, vertelt Ton van Dortmont. Hij is bij energiebedrijf Vattenfall ontwikkelaar ‘Wind op land’. “We schatten in hoeveel we op een bepaalde plek kunnen opwekken. Op basis daarvan stellen we een vergoeding voor de grondeigenaar vast. Dat bedrag ligt tussen ruwweg € 10.000 en € 20.000 per turbine per jaar. Daarbovenop kan een bonus komen indien na metingen kort voor de bouw van de windmolens blijkt dat het meer waait dan vooraf is ingeschat. Die bonus kan oplopen tot enkele duizenden euro‘s.”

Windmolen vergt voor bouw verhard vlak tot 40 x 60 meter

Een windmolen neemt aan de voet een ruimte van 15 x 15 meter in beslag. Om de molen te bouwen en voor periodiek onderhoud is verder een verharde kraanopstelplaats nodig van maximaal 40 x 60 meter. Voor die uit productie genomen ondergrond geldt een vergoeding van zo’n € 0,30 per vierkante meter afhankelijk van het gewas. De bedragen komen uit de LTO/Gasunie-tarievenlijst.

Meer gebruik van de kabel

Aan de orde is nu de samenvoeging van afzonderlijke zonne-akkers en locaties voor windturbines tot energieparken, waarop beide worden gecombineerd. Eventueel ook nog aangevuld met batterijen als buffer tussen aanbod en vraag naar stroom.
“Wat we zien”, zegt Martijn Mik, ontwikkelaar van zonneparken bij Vattenfall “is dat op het stroomnet steeds minder ruimte over is. Dat is lastig voor nieuwe parken. Tegelijk zien we dat bestaande capaciteit beter benut kan worden. Wat je vaak ziet is dat als de zon schijnt het niet erg waait en omgekeerd.”

Kabelcapaciteit

Sowieso wordt de kabelaansluiting van een zonnepark ’s avonds laat en ’s nachts niet benut. Ofwel, bij een enkelvoudig park wordt de kabelcapaciteit maar de helft van de tijd gebruikt. Door zon én wind op dezelfde locatie op te wekken, benut je de aansluitcapaciteit maximaal. Is het niet voor zonnestroom, dan wel voor windstroom. Dat is interessant voor de exploitant van het park, maar ook voor de netbeheerder, aangezien die wordt vergoed op basis van de getransporteerde hoeveelheid elektriciteit.
En ook voor de grondeigenaar interessant. Exploitanten, hier Vattenfall, baseren de prijs die ze per hectare betalen op wat ze er kunnen produceren en afvoeren.

Samen met de buurman

Zoals gezegd is de rekensom hierboven gebaseerd op enkele positieve aannames, zoals de situering in het westen van het land met relatief veel wind en zonne-uren en nabijheid van een onderstation met genoeg capaciteit. De betaalcapaciteit wordt minder wanneer een 10 kV-kabel over meer dan enkele kilometers moet worden aangelegd, of zelfs naar een volgend onderstation. Die kosten bepalen in belangrijke mate de economische haalbaarheid van een project.
Daartegenover: Wanneer een perceel een erg gunstige vorm heeft, kunnen er behalve de zonne-panelen misschien 3 in plaats van twee windturbines op en kom je op een hectare vergoeding van € 12.000 per hectare per jaar. Vanuit dit perspectief kan samenwerking met een buurman met dezelfde plannen interessant zijn.

Batterijen

In de verdere rendementsverbetering van een energiepark kunnen elektriciteitsbuffers een rol spelen. Batterijen kunnen bij een piekaanbod van wind- en zonne-energie een deel daarvan opslaan en daarna geleidelijk weer afgeven aan het net.

Het gaat dan om opslageenheden ter grootte van een zeecontainer, die vol zitten met lithium-ionbatterijen. Dat kan nodig zijn als de beschikbare aansluitcapaciteit op het netwerk aan de krappe kant is. Steeds vaker worden de batterijen ook ingezet voor het leveren van zogenaamde netondersteunende diensten, om het netwerk stabiel te houden.

Ook die batterijen kunnen interessant zijn voor de grondeigenaar. “Als deze toevoeging van batterijen aan het energiepark zorgt dat meer kilowatturen (kWh) kunnen worden geproduceerd op die locatie, dan zijn we bereid de landeigenaar een hogere vergoeding te betalen voor het beschikbaar stellen van de grond”, zegt Martijn Mik van Vattenfall.

Variërende subsidie medebepalend

Het verdienmodel van energie uit hernieuwbare bronnen is in hoge mate afhankelijk van de Subsidie Duurzame Energie (SDE). Reden waarom Vattenfall enigszins een slag om de arm houdt als het gaat om vergoedingen. “De hoogte van de subsidie bepaalt de opbrengst per kWh en daarmee het budget waar ook de vergoeding voor de grondeigenaar uit moet komen. Voor wind houden we nog wel 4 à 5 jaar de subsidieregeling, maar zowel de hoogte van de subsidie, als het totaal beschikbare budget per jaar worden de komende jaren flink minder. Kan over twee jaar wel stuk lager zijn dan nu. Opslag van elektriciteit en verlaging van de CO2-afvang in industriële processen gaan concurreren met SDE op land. In die zin is wel sprake van enige urgentie. Hoe langer je wacht hoe groter de kans dat het onaantrekkelijker wordt. Een subsidiepot kan op een gegeven moment ook leeg zijn.”

Snel delen

Afbeelding
Leo Tholhuijsen

Redacteur