Foto: AP
In dit artikel
Ook zonder overheidsbemoeienis doet de Duitse vleesketen al veel aan meer dierenwelzijn dan strikt vereist.
De roep om meer dierenwelzijnsniveau in de veehouderij is in Duitsland de afgelopen pakweg tien jaar enorm aan sterkte toegenomen. Daarvan getuigde onder meer de instelling van een brede adviescommissie, de zogenoemde commissie Borchert. Deze naar de voorzitter en oud-landbouwminister Jochen Borchert genoemde commissie kwam vorig jaar met haar uiteindelijke advies op de proppen.
Vleestaks
Dat advies luidde om het welzijnsniveau over een periode van twintig jaar op te tillen naar het hoogste niveau van het staatswelzijnslabel voor vlees. Dat dit label nog steeds nergens te vinden is op de vleesverpakkingen is een andere zaak, maar doet aan de reikwijdte van het advies niets af. Eerder dit jaar werd het advies opgevolgd met een haalbaarheidsstudie. Daaruit kwam naar voren dat de consument de kosten mede zal moeten dragen in de een of andere vorm van vleestaks. In hoeverre de zittende landbouwminister erin zal slagen de hele zaak binnen afzienbare tijd door het parlement te loodsen, is onduidelijk.
Initiative Tierwohl
Zo’n tien jaar geleden werd door het veehouderijbedrijfsleven in samenwerking met de grote retailers en de vleesindustrie al een ander dierenwelzijnsinitatief, de Initiative Tierwohl (ITW), in de steigers gezet. Hierbij worden welzijnsmaatregelen volgens een nauwkeurig vastgesteld systeem beloond met aan de boeren uit te betalen premies. Deze premies worden betaald door de consument via een heffing op de vleesprijs, waarvan de opbrengsten door de supermarktuitbaters worden gestort in een fonds.
Budget verhoogd
De ITW is dit jaar zijn derde zogeheten programmafase in gegaan. Deze fase loopt tot eind 2023. De belangstelling van de boeren voor de welzijnspremies in de derde ronde is zodanig groot dat kan worden gesproken van een groot succes. Dat vindt in ieder geval ook boerenfederatie DBV, die nauw betrokken is bij de ITW. Volgens de federatie toont het succes aan dat de door het bedrijfsleven zelf ingeslagen weg om het dierenwelzijn stapsgewijs te verhogen de juiste is gebleken. Daarbij roemt het DBV met name ook de retailsector voor zijn grote betrokkenheid. In de derde ronde is het budget voor het premiefonds door de supermarktketens verhoogd van € 75 miljoen naar € 135 miljoen.
De gestegen aanmeldingen in de varkenshouderij zijn een sterk signaal voor de wil van de veehouders om nog meer dierenwelzijn naar de stallen te brengen
Geen staatsbemoeienis en overheidssubsidies
Dat alles is dus bereikt zonder staatsbemoeienis en overheidssubsidies. Ketenbeheerder QS, ook een belangrijke partner in de ITW, roept al dat het staatswelzijnslabel eigenlijk ook niet meer nodig is. Tevens is de vraag of de veehouderij de adviezen van de commissie Borchert nog wel nodig heeft. DBV-voorzitter sectie intensieve veehouderij Hubertus Beringmeier: “De nogmaals gestegen aanmeldingen in de vleesvarkenshouderij en in het bijzonder de verdubbeling daarvan bij de zeugenhouders zijn een sterk signaal voor de wil van de veehouders om nog meer dierenwelzijn naar de stallen te brengen.”
Concreet geven de jongste cijfers van de ITW aan dat in de derde fase 17 miljoen vleesvarkens in het systeem zitten en 14 miljoen biggen, verdeeld over in totaal 6832 bedrijven, waaronder 1027 zeugenhouders en 1240 biggenmesters.