Graansilo's. Foto: Canva
Agrarisch handelshuis Bunge noteerde over het eerste kwartaal van dit jaar fors betere resultaten.
Concurrent ADM deed vorige week hetzelfde. Bunge en ADM maken samen met Cargill en Louis Dreyfus Company deel uit van het zogenoemde ABCD-kwartet met daarin ’s werelds grootste agrarische handelshuizen. Ze profiteren van hoge grondstofprijzen, die nog steeds doorstijgen. Krappe voorraden, sterke vraag, onder andere uit China, en de horeca die in sommige werelddelen weer open is en dus onder andere vraagt naar plantaardige oliën. De handelshuizen weten hun ingekochte grondstoffen goed door te verkopen aan hun klanten.
Grondstofnationalisme
ABN Amro verwacht dat de huidige hoge prijzen voor grondstoffen zullen leiden tot een zogenoemd grondstofnationalisme. De hoge prijzen maken de ‘bodemschatten’ van landen een stuk waardevoller, zo stelt een ABN-econoom. Landen die veel grondstoffen tot hun beschikking hebben, zoals graan of ertsen, kunnen en zullen extra hoge prijzen vragen om gaten in hun begrotingen te dichten.
Rekenen zij de hogere prijzen ook weer door aan de consument? Dat is de vraag
Bunge merkte op dat boeren hun sojavoorraden massaal verkopen door de hoge prijzen. Kassa voor Bunge die ook nog eens goede marges kan pakken. Kassa voor boeren die hun voorraden verkopen. Maar minder kassa voor de bedrijven die de grondstoffen nodig hebben. Agrarische bedrijven die voer moeten aankopen, maar ook bedrijven in de voedingsindustrie, die bijvoorbeeld vleesvervangers maken. Ze hebben te maken met hoge inputkosten. Rekenen zij de hogere prijzen ook weer door aan de consument? Dat is de vraag. Uiteindelijk is de gemiddelde consument nog altijd prijskoper. Maar het kan bijna niet anders dan dat bedrijven niet alle prijsstijgingen zelf blijven slikken wanneer de stijgingen maar aan blijven houden.
