Plantaardig moet geloofwaardig blijven

Beleggers kunnen aandelen van zo’n ETF, oftewel een groep van aandelen die een bepaalde overeenkomst hebben, kopen. Het is opvallend dat deze ETF, waarin 37 bedrijven zijn opgenomen, niet alleen bestaat uit bekende plantaardige bedrijven als Beyond Meat en Oatly. Er zitten ook bedrijven in waarvan je het niet direct verwacht, zoals Tesla (vanwege vegan leer in de auto‘s) en Anheiser Busch Inbev (vanwege activiteiten met plantaardige ingrediënten op basis van gerst).

Hele brede groep

Om opgenomen te worden in de ETF moet een bedrijf ‘minimaal één plant of plantaardig ingrediënt gebruiken, moet het eindproduct, een onderdeel of dienst diervrij zijn. Of het bedrijf kan met plantaardige ingrediënten andere bedrijven helpen bij het produceren van diervrije eindproducten, door gespecialiseerde producten, diensten of technologieën aan te bieden’, zo is te lezen in de prospectus. Dat is een heel brede groep.

Volgens VegTech biedt het fonds beleggers de kans in contact te komen met de groeiende trend van plantaardig voedsel en plantaardige materialen. Een ETF kan daarnaast helpen de ontwikkelingen van de bedrijven die zich bezighouden met plantaardig en ‘diervrij’ op de beurs te volgen en te duiden.

Misbruik maken van de term ‘plantaardig’

Naast de nodige aandacht die plantaardige eiwitten krijgen vanwege hun duurzame karakter, zijn termen als plant-based, vegan, vega en plantaardig onderwerpen die het (marketingtechnisch) goed doen. Ook voor dit fonds is het makkelijk mee te gaan in de aandacht voor plantaardige producten. Tegelijkertijd moet voorkomen worden dat de inhoud van zo’n fonds alle kanten op schiet onder de noemer ‘plantaardig’, en dat misbruik wordt gemaakt van de term. Dat komt de geloofwaardigheid van het fonds én van de beweging naar plantaardige eiwitten niet ten goede.