WUR onderzoek: vleesmijders relevant in beleid eiwittransitie

Omdat vegetariërs en veganisten in ieder geval vlees al uit hun dieet hebben gehaald, lijken zij al snel buiten beleidsdoelstellingen voor een duurzamer eetpatroon te vallen. De beleidsdoelstelling die de onderzoekers specifiek bedoelen, is de 50/50-eiwitbalans in het voedingspatroon van Nederlanders. De Nederlandse overheid heeft uitgesproken dat in 2030 50% van het dieet uit dierlijke en 50% uit plantaardige eiwitten moet bestaan.

Nog winst te behalen

De vegetariërs en veganisten halen deze eiwitbalans over het algemeen al. Toch is ook hier nog winst te behalen, aldus de onderzoekers. Vanuit duurzaamheidsoogpunt is het bijvoorbeeld niet altijd het beste om vlees te vervangen door een ander dierlijk product. Zo heeft kaas een hogere milieudruk dan kip. Om extra duurzaamheidswinst te behalen, kan worden ingezet op het vervangen van vlees door duurzame plantaardige alternatieven.

Ook kan de overheid deze groep ondersteunen en van positieve feedback voorzien. Zo kan worden bijgedragen aan de normalisering van meer plantaardige voeding en aan het gemotiveerd houden van consumenten om plantaardig te blijven eten. “Immers, gegeven de dominante vleescultuur in Nederland is het voor vegetariërs en veganisten sociaal gezien bijvoorbeeld niet altijd gemakkelijk hun voedingsstijl vol te houden”, zo stellen de onderzoekers.

Verstokte vleeseter niet vergeten

Hoewel de mogelijkheden voor het verminderen van de vleesconsumptie altijd het grootst worden geacht bij de flexitariërs, moeten ook de verstokte vleeseters niet vergeten worden. “Gezondheid en betaalbaarheid zijn gevoelige snaren die door beleid te bespelen zijn om de vleesminnende houding in een meer vleesminderende stand te krijgen”, aldus de onderzoekers.