Pittiger tijden voor de boeg in zuivelbusiness

Deze week kwam FrieslandCampina zelfs met een historisch hoge prestatieprijs. Het is de bevestiging van wat iedereen al wist: 2022 was een bizar en turbulent jaar, maar pakte financieel heel goed uit voor de melkveehouderij.

De zuivelnoteringen zijn alweer fors gedaald

Maar goed, dat is terugblikken. We zijn nu al bijna twee maanden op weg in het nieuwe jaar, en het vooruitzicht is nogal anders. De zuivelnoteringen zijn alweer fors gedaald. Het eerst op de internationale markten waar de zuivelhandel opereert. Op gepaste afstand volgt de voor primaire producenten belangrijke garantieprijs. Ging het vorig jaar als een speer omhoog, nu is het afkicken, bijna cold turkey. Dat doet pijn. In de eerste plaats voor de zuivelondernemingen, die nu niet uit de markt kunnen halen wat ze aan leveranciers wel moeten en willen betalen. Maar ook voor die leveranciers zelf wordt het pittig, omdat zij nog steeds met hoge kosten te maken hebben.

Geldt dat ook voor de zuivelbusiness?

Vorig jaar lukte het in de melkveehouderij, in tegenstelling tot de varkenshouderij, om de gestegen kosten (voer, energie, kunstmest) ruim te compenseren met hogere inkomsten. Of dat dit jaar weer lukt, is nog zeer de vraag. Uiteraard is totaal niet te voorspellen wat het jaar verder gaat brengen. Dat heeft het afgelopen jaar in ieder geval geleerd. Intussen wijzen verschillende economische indicatoren erop dat de economie nog meer veerkracht heeft dan eerder al gedacht. Hopelijk geldt dat ook voor de zuivelbusiness. Het vertrekpunt was in ieder geval goed dit jaar. En met zo’n jaar achter de rug zou je bijna zeggen: we kunnen de wereld aan. Maar dat is misschien wel weer té rooskleurig gedacht.