Moederbedrijf Quorn klaar voor wereldwijde expansie mycoproteïne

Quorn is uitgegroeid tot marktleider in vleesvervangers in het Verenigd Koninkrijk en heeft de laatste jaren een sterke positie weten te verwerven in Scandinavië, Zwitserland en de Benelux. En de ambities van het concern zijn groot. Dat legt Rob Steur, Business Unit Director Europe van Quorn Foods, uit in een interview met Eiwit Magazine. Het tijdsgewricht zit mee, denkt Steur. “We gaan verder accelereren op verduurzaming. Mycoproteïne is een van de meest duurzame grondstoffen en die willen we beschikbaar maken voor andere partijen. Het plan is om hiermee in 2030 8 miljard mensen bereiken”, is de zeer ambitieuze doelstelling die Steur poneert. Hij is behalve Business Unit Director ook Commercial Director van Marlow Ingredients, een nieuwe divisie van het moederbedrijf Marlow Foods. “Sinds 2021 ben ik hier werkzaam om onze positie met name in Europa te verstevigen”, legt hij uit.

Supereiwit breder beschikbaar

Als de voortekenen niet bedriegen, staat Quorn aan de vooravond van een groeispurt. Niet alleen omdat de vraag naar vleesvrije producten groeit, maar ook omdat Marlow Foods enkele maanden geleden de plannen aankondigde om het supereiwit in Quorn, mycoproteïne, beschikbaar te maken voor voedsel- en drankproducenten in de wereld. Onder leiding van een nieuwe divisie, Marlow Ingredients, zal de mycoproteïne eerst in Europa en daarna verder internationaal uitgerold worden. De aankondiging sluit volgens Steur aan op de urgentie om snel actie te ondernemen het klimaat te redden, zoals waartoe onder andere het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) enkele maanden geleden opriep. “We willen daar absoluut in meegaan en op inspelen, en we zijn in staat om versneld op te schalen. Die capaciteit is er en we hebben 40 jaar ervaring”, legt Steur uit. “Het moment is nu daar om op zoek te gaan naar meer partners.” _{Lees verder onder foto} {{foto,2}}

Opschalen van productie

Het opschalen is mogelijk omdat in de afgelopen decennia een van ’s werelds grootste productiefaciliteiten voor mycoproteïne gebouwd is op de locatie van Quorn Foods in Billingham, in het noordoosten van de UK. De ultramoderne productiefaciliteit kent ook een eigen R&D-afdeling.

Bij de productie van deze vleesvervangers is 90% minder gebruik van land en water nodig dan bij de productie van rundvlees

Het faciliteren van de verdere groei is volgens Rob Steur financieel mogelijk omdat Monde Nissin Corporation het moederbedrijf is. Dit Filipijns voedingsmiddelen- en drankenbedrijf met een portfolio van merken in de categorieën instantnoedels, koekjes, gebak, culinaire hulpmiddelen en alternatieve vleesproducten, staat volledig achter de filosofie van Quorn. Die aanpak moet leiden tot veel minder uitstoot van broeikasgassen. Er is bij de productie van deze vleesvervangers 90% minder gebruik van land en water nodig dan bij de productie van rundvlees, rekent Steur voor. Marlow Foods wil in 2030 een zogeheten netto positief bedrijf worden. Het houdt in dat het tegen die tijd een concern is, waarvan het financiële bedrijfsresultaat positief is, wanneer alle bedrijfsmatige impacts op milieu en maatschappij meegerekend zijn, bijvoorbeeld met behulp van True Cost Pricing.

Schimmel uit de grond

En dat moet dan gaan gebeuren met een schimmel die in de buurt van Marlow, een Engelse plaats in het graafschap Buckinghamshire, uit de bodem is gehaald. “Er zijn veel stammen bekeken en deze microbe fusarium venenatum bleek het meest geschikt”, legt Rob Steur uit. “Het is de beste grondstof die via fermentatie omgezet kan worden naar eiwit. De schimmel wordt door een bijstroom van graan gevoed, een suikerachtige bron. En deze mycoproteïne vormt al jaren de basis voor het merk Quorn.” Het eiwit levert volgens Steur alle negen essentiële aminozuren, bevat weinig verzadigd vet en verschillende vitaminen en mineralen. Ook zitten er veel vezels in. Er is tientallen jaren onderzoek gedaan naar de creatie van Marlow-mycoproteïne. “In de jaren zestig van de vorige eeuw zag grondlegger van het bedrijf Lord Rank al dat er in de toekomst een probleem zou ontstaan met de voedselvoorziening. Hij was zijn tijd vooruit”, gaat Rob Steur terug in de tijd om de oorsprong van het bedrijf Quorn en de mycoproteïne te duiden. Lord Rank was bang dat er vanwege de enorme bevolkingsgroei, niet voldoende voedsel en met name eiwit zou zijn. De VN publiceerde in 1968 ook nog eens een rapport waarin onder andere eiwit uit micro-organismen een oplossing voor dit gevreesde voedselprobleem zou kunnen zijn. Deze ontwikkelingen leidden tot de lancering van Quorn in 1985. _{Lees verder onder foto} {{foto,3}}

Gezonde darmbacteriën

Een recent onderzoek van de Universiteit van Northumbria heeft volgens Rob Steur aangetoond dat het eten van mycoproteïne het aantal gezonde darmbacteriën verhoogt en leidt tot een vermindering van genotoxinen in de darm, die darmkanker kunnen veroorzaken. Quorn heeft het ingrediënt in een brede range aan producten verwerkt, zoals beefburgers, schnitzels, nuggets, maar vooral kipvervangers. Rob Steur: “We werken intensief samen met spelers als KFC, Greggs in het Verenigd Koninkrijk en fastfoodketen Quick.” De technologie voor het maken van mycoproteïnen heeft zich de laatste jaren verder ontwikkeld. Dat maakt dat steeds meer bedrijven in binnen- en buitenland brood zien in de productie van het eiwit.

Nieuw onderzoekscentrum in Wageningen

Quorn opende in februari in Wageningen het Quorn Food Application Centre. Daar vindt het gesprek met Rob Steur ook plaats. Dit innovatiecentrum ondersteunt de verdere groei van Quorn-producten over de hele wereld. Oost NL hielp Quorn bij het vinden van een vestigingslocatie, samen met Wageningen Campus, de Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA), World Food Centre en Kadans Science Partner. “We zitten hier in Foodvalley, Nederland is toch een soort van kweekvijver op dit gebied. We lopen hier voorop met alternatieve eiwitbronnen”, weet Steur die concerns als Unilever en FrieslandCampina, die ook volop bezig zijn met de eiwittransitie, als buren heeft.

De verwachting is dat de toekomst wel eens zou kunnen liggen in hybride producten. Deels rund- en varkensvlees, met toegevoegde mycoproteïne

Hoewel Quorn als thuishaven de UK heeft, is de consumptie van vleesvervangers met name in Scandinavië en Nederland per hoofd van de bevolking hoog te noemen. “En daarbij gaat het bij onze producten in Nederland veelal om koelvers. Zeg maar in 80 of 90% de gevallen. De rest is vriesvers. Het komt omdat we een dichtbevolkt land zijn en de logistiek goed voor elkaar hebben. In de UK, is vanwege de grotere afstanden, vriesvers meer intrek. Daar is de verhouding vriesvers en koelvers fifty fifty. In Scandinavië wordt van onze producten weer 20% koelvers verkocht en 80% vriesvers.” Mycoproteïne wordt geproduceerd met behulp van fermentatie. In vijf weken groeit een kleine hoeveelheid Fusarium venenatum cellen uit tot 1.500 ton mycoproteïne. Voor het opkweken worden silo’s (fermentoren) gebruikt. De schimmel kan optimaal groeien door het creëren van de perfecte omstandigheden als het gaat om temperatuur, druk en de hoeveelheid voedsel. Met name glucose (suiker) wordt toegevoegd als voedingsbodem. Vitaminen en mineralen zorgen voor verbetering van de voedingswaarde van het eindproduct. Mycoproteïne wordt daarna gemengd met eiwit van kippeneieren of – voor de veganistische varianten – met aardappeleiwit. Rob Steur verwacht dat de toekomst wel eens zou kunnen liggen in hybride producten. Deels rund- en varkensvlees, met toegevoegde mycoproteïne. Op de R & D-afdeling wordt volop gekeken of er mogelijkheden zijn om de grondstof te verwerken in kweekvlees, zuivel, yoghurt of kaas.