Aardappelen, groenten en fruit zijn samen goed voor ongeveer een derde van de voedselverspilling. - Foto: ANP
In dit artikel
Van al het voedsel dat supermarkten in Nederland aanbieden, wordt gemiddeld 98,3% verkocht. 1,7% van het voedsel, uitgedrukt in kilo’s, komt niet bij de consument terecht.
Dit blijkt uit onderzoek uitgevoerd door supermarkten, het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), Wageningen Universiteit & Research (WUR) en het ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit. Dat gebeurt onder de vlag van de stichting Samen Tegen Voedselverspilling (STV). De partijen maken zo voor het eerst voedselverspillingcijfers inzichtelijk binnen de Nederlandse supermarktorganisaties. Supermarkten lopen hiermee voorop, Nederland is het eerste land in de wereld dat dit gedetailleerde inzicht heeft.
Vijf supermarktketens
Aan deze rapportage werkten vijf Nederlandse supermarktketens mee: Albert Heijn, Aldi, Jumbo, Lidl en PLUS. Samen goed voor 77,5% van de Nederlandse markt.
Van de 1,7% voedselverspilling komt ruim een derde voor rekening van aardappelen, groenten en fruit. Brood, afbakbrood en banket zijn goed voor net iets minder dan een derde. Zuivel, eieren en gekoelde kant-en-klaarproducten zijn goed voor 13%, terwijl vers vlees en vis goed zijn voor 7,5% van de verspilling.
Verspilling het grootst bij brood
Vergeleken met de inkoop per categorie is het aandeel voedselverspilling het grootst bij brood, afbakbrood en banket (7,7%) gevolgd door vers vlees en verse vis (2,9%). Van aardappelen, groenten en fruit komt 2,7% niet bij de consument terecht, bij zuivel, eieren en gekoelde kant-en-klaarproducten is dat 1,4%.
Betrouwbare data zijn nodig voor gerichte actie, volgens Jennifer Muller van CBL. Op die manier kan doelgericht gewerkt worden aan de branchebrede doelstelling: 50% vermindering van voedselverspilling in 2030.
De meting is een initiatief van CBL en onderdeel van de uitvoeringsagenda van stichting Samen Tegen Voedselverspilling. Het onderzoek is uitgevoerd door Wageningen Food & Biobased Research en gefinancierd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
