Er wordt voldoende voedsel geproduceerd wereldwijd, maar toch leeft een groot deel in hongersnood. Foto: Canva
In dit artikel
Ons voedselsysteem bleek de voorbije jaren rampzalig kwetsbaar. Het is niet gebouwd om iedereen toegang tot voedsel en gezonde voeding te garanderen. Speciaal VN-rapporteur Olivier De Schutter schetst hoe we van crisis naar veerkracht kunnen gaan.
Wereld produceert genoeg
Deze gebeurtenissen wijzen op zowel acute schokken in de voedselzekerheid als op chronische onderliggende voedselarmoede. En dat terwijl het industriële, geglobaliseerde voedselsysteem overvloedige winsten genereert. Dit zijn allemaal symptomen van dezelfde ziekte. Ze benadrukken de dringende noodzaak aan grote veranderingen in onze voedselsystemen. Twee statistieken uit het VN-hongerrapport zijn misschien wel het meest verontrustend. Ten eerste de voorspelling dat in 2030 bijna 600 miljoen mensen chronisch ondervoed zullen zijn. Dit toont aan dat de duurzame ontwikkelingsdoelen, waarbij regeringen zich ertoe hebben verbonden om tegen die datum een einde te maken aan honger, op losse schroeven staan.De wereldwijde landbouw heeft nog nooit zoveel calorieën voortgebrachtTen tweede blijkt dat een fatsoenlijk voedzaam dieet nu buiten bereik ligt voor bijna de helft van de wereldbevolking. De kosten van een gezond dieet zijn fors omhoog gegaan. Net nu mensen hun besteedbaar inkomen zien kelderen. Wat een aanklacht tegen ons falende voedselsysteem. Dit is niet omdat de wereld niet genoeg voedsel produceert. De wereldwijde landbouw heeft nog nooit zoveel calorieën voortgebracht; de groei overtreft de bevolkingsgroei. De gestroomlijnde ketens van het industriële voedselsysteem zijn afgesteld op het leveren van goedkope en uniforme koekjes, chips en koolzuurhoudende dranken over de hele planeet, in toenemende mate zelfs in de meest afgelegen gebieden.
Winstgevend maar niet robuust
Het industriële voedselsysteem geeft voorrang aan de marktvraag en winst boven het voorzien in menselijke behoeften. Het is winstgevender om bulkgoederen te produceren voor veevoer, biobrandstoffen en verwerkte voedingsmiddelen. Dit geld komt uiteindelijk rijke consumenten die kunnen betalen, in plaats van bij arme en hongerige bevolkingsgroepen. Het industriële voedselsysteem is niet gebouwd om iedereen toegang tot voedsel en gezonde voeding te garanderen. Daarom leeft amper 55% van de wereldbevolking in landen waar voldoende verse groenten en fruit beschikbaar zijn, om te voldoen aan wat mensen volgens de Wereldgezondheidsorganisatie minimum op een dag zouden moeten binnenkrijgen. Ons voedselsysteem heeft de afgelopen drie jaar een aantal ongelukkige schokken te verduren gehad: Covid-19, klimaatimpact en conflicten. Maar het was ook rampzalig kwetsbaar. Het industriële voedselsysteem steunt op sterke concentraties die makkelijk kunnen worden verstoord. De helft van de calorieën die wereldwijd worden geconsumeerd, stamt van slechts drie basisgewassen (tarwe, mais en rijst), geteeld uit een beperkt aantal zaadvariëteiten, geëxporteerd uit een klein aantal landen en over de hele wereld verscheept door een handvol machtige handelsbedrijven. Dit is winstgevend, maar niet robuust.Netto-importeur van voedsel
De recordhoge schulden van veel landen in het Zuiden weerhouden hen er ook van om te investeren in hongerbestrijding, waardoor ze in een vicieuze cirkel terechtkomen. Deze landen moeten zich noodgedwongen specialiseren in het verbouwen van makkelijk verhandelbare exportgewassen zoals cacao, koffie en katoen om hun schulden af te betalen, ten koste van het verbouwen van voedsel voor hun eigen bevolking.We hebben een compleet nieuw recept nodig om honger aan te pakken en veerkracht op te bouwenZe moeten dus voedsel importeren â voedsel dat nu veel duurder is â en kunnen niet investeren in een veerkrachtige lokale voedselproductie. Afrika is vandaag de dag een netto-importeur van voedsel met een netto-invoer van voedsel van $â35 miljard in 2015, die naar verwachting verdrievoudigd zal zijn in 2025. De regeringen zullen het ongetwijfeld eens zijn over de noodzaak om de ambities te verhogen. Maar als we zo ver uit koers liggen, is de tijd van kleine aanpassingen voorbij. We hebben een compleet nieuw recept nodig om honger aan te pakken en veerkracht op te bouwen. Gebaseerd op het doorbreken van de afhankelijkheid van de wereldmarkt om geschikte voeding te bieden en de hongerigen te voeden. En op het opnieuw opbouwen van de capaciteit van landen om het voedsel te produceren dat ze nodig hebben.
Kortere voedselketens
Sociale beschermingsprogrammaâs moeten de toegang tot voedsel garanderen voor de armsten in de wereld â met bewezen beleid zoals het succesvolle âFome Zeroâ-programma van Brazilië in de jaren 2000. Dringende schuldverlichting voor lage-inkomenslanden met een zware schuldenlast is ook cruciaal om hen in staat te stellen te investeren in hongerbestrijdingsprogrammaâs en binnenlandse voedselproductie. In een wereld die kampt met een klimaatcrisis waarin nog meer schokken zullen komen, moet veerkracht in het hele systeem het doel zijn. Meer verscheiden agro-ecologische voedselproductie, kortere voedselketens en landen die meer voedzaam voedsel voor hun eigen mensen produceren, kunnen de voedselzekerheid mogelijk maken die te veel mensen wordt ontzegd. Het wordt tijd dat we toegeven dat het industriële voedselsysteem mensen uithongert. Laat de alarmerende berichtgeving een keerpunt zijn naar een andere weg, een weg naar veerkracht.Mis geen enkel topverhaal op Eiwit Trends
Dit premium artikel is enkel beschikbaar voor abonnees
Beperk risico's met betere investeringen
Versterk je ketenpositie met de juiste partners
Versnel innovaties met de nieuwste trends
Beleef journalistiek van top niveau door collega’s, ervaren redacteurs én experts uit de sector.
Chris Polkamp
Wendy Noordzij
Alieke Hilhorst