De consument verwacht steeds vaker een duurzamer product op het bord. Foto: Canva
In dit artikel
Dat we moeten verduurzamen is inmiddels duidelijk. Veel bedrijven zijn dan ook druk in de weer met zonnepanelen, andere verpakkingen en het terugdringen van verspilling.
Voor het gros van de ondernemingen zit de grootste duurzaamheidsimpact echter niet in hun eigen bedrijf. De echte duurzaamheidsslag moet gemaakt worden bij de primaire producent van de grondstoffen en bij de consument.
Ook voor veel voedingsproducenten zit de klimaatimpact vooral buiten de deur
Kijk je bijvoorbeeld naar CO2-emissies van supermarkten, dan zit 95% van hun uitstoot in wat we ‘scope 3’ noemen. Niet in hun directe invloedsfeer dus. Ook voor veel voedingsproducenten zit de klimaatimpact vooral buiten de deur. Denk aan de verpakkingen die je inkoopt of grondstoffen met een relatief grote impact, zoals vlees of zuivel. En het gaat niet alleen over emissies – denk ook aan kwaliteit van water en biodiversiteit die onder druk staan.
Nu kan je er als onderneming voor kiezen om iedere schakel in de keten zijn eigen klimaatboontjes te laten doppen, maar op termijn heb je dan een probleem. De consument verwacht namelijk steeds vaker een duurzamer product op het bord en anders zijn het wel de foodretailer of wetgever die hogere duurzaamheidseisen gaan stellen én deze gaan afdwingen.
Investeren in langeretermijnrelatie met de boer
Je moet dus nu investeren in de langeretermijnrelatie met de boer(en) die de basis van je producten maken. Anders loop je als foodbedrijf het risico dat je producten straks niet meer in het schap liggen. Het businessmodel van de gemiddelde agrariër staat namelijk al langere tijd onder druk. Door aanscherpende wetgeving, onzeker overheidsbeleid, hoge kapitaallasten en kleine marges. Ondertussen verwachten we wel dat boeren en telers verder verduurzamen. Dit kunnen ze niet zonder de keten die mee-investeert en prijs- en afzetgaranties geeft.
Een regievoerder
Op termijn verwachten we steeds meer ‘gesloten, vraaggestuurde’ ketens op basis van wederkerige samenwerking. Van primaire productie gericht op volumes naar productie gericht op toegevoegde waarde op basis van duurzaamheid. Dat vereist een regievoerder. Iemand moet namelijk bepalen wat de criteria en standaarden zijn, en – niet onbelangrijk – moet dit gaan verwaarden naar de consument. Deze regisseur wordt een onmisbare schakel in de keten. Pak jij deze rol op?