Efsa: meeste voeding bevat geen resten bestrijdingsmiddelen

Efsa heeft woensdag 26 april een rapportage over 2021 naar buiten gebracht dat is gebaseerd op 87.863 monsters van verschillende voedingsmiddelen. Het percentage monsters met overschrijdingen, ten opzichte van de geldende normen (maximale residu limiet, MRL) daalde van 5,1% in 2020 naar 3,9% in 2021.

Geen gevaar voor consument vastgesteld

Efsa heeft voor het eerst gekeken naar de overschrijding van een ‘gezondheidkundige richtwaarde’ voor bestrijdingsmiddelen. Daarbij bleek dat in 220 van 19.499 monsters (1,1%) sprake was van een overschrijding bij 29 verschillende middelen van de 190 stoffen die geanalyseerd zijn. Er werd niet vastgesteld dat de consument gevaar loopt. Het onderzoek is vooral bedoeld voor wetenschappers en voedingsdeskundigen die aan de hand van de onderzoeksgegevens kunnen inschatten hoeveel bestrijdingsmiddelen een consument via voeding tot zich neemt. Volgens het rapport ligt het niet voor de hand dat volksgezondheid gevaar loopt door de consumptie van de onderzochte producten. Er was in 2021 wel een probleem met verhoogde residuen op grapefruit vanuit Turkije. Dat was reden om de bemonstering van die producten bij invoer te intensiveren.

Resten op biologische producten

Hoewel biologische producten in principe vrij zijn van chemische middelen, bevatten ze toch soms resten. Dit is dan wel in veel lagere gehaltes. In 1,8% van de monsters werd de norm (MRL) overschreden. De aangetoonde stoffen waren koperverbindingen, bromide-ion, chloraat, fosetyl, kwik en dithiocarbamaten. Het gaat daarbij vaak om in de biologische teelt toegelaten middelen (koper), middelen die van nature voorkomen (bromide) of middelen die vanuit het verleden nog voorkomen in bodem zoals DDT. In sommige gevallen is sprake van illegaal gebruik of van verneveling vanuit de gangbare landbouw.