Foto: Canva
In dit artikel
Nederland is nog steeds groot-importeur van soja uit Verweggistan.
Dat blijkt uit CBS-cijfers. De import is wel fors gedaald de afgelopen 20 jaar, maar is nog steeds miljardenbusiness. Is dat erg? Daar kun je lang over twisten. Cijfers zeggen niet alles. Zo is Nederland vooral doorvoerhaven, dus wat zegt dat label van kampioen import dan precies? De soja die ons land binnenkomt, gaat voor het overgrote deel later weer de grens over. Grotendeels in een andere vorm, dat wel. Zo vindt een groot deel via de Nederlandse veehouderij een bestemming bij consumenten elders in Europa en op de wereld. Nederland als doorvoer- en verwerkingsland.
Producten gelinkt aan ontbossing
Er zijn allerlei vragen rondom soja en andere bulkimport zoals palmolie en cacao. In de ogen van de EU zijn deze producten gelinkt aan ontbossing. Voor het grootste importproduct, hout, geldt dat – vanzelfsprekend – het meest. De Nederlandse veevoerindustrie doet al jaren zijn best om alleen duurzame soja te importeren. Dat is een lovenswaardig streven en het wordt ook waargemaakt. Gecertificeerde soja heeft garanties dat voor die productie in ieder geval geen bos omgehakt is. Wat helaas echter geen garantie is dat voor andere markten in andere landen wel onverantwoorde soja geproduceerd wordt.
De veldboon
Goed dus dat er ook initiatieven zijn om dichter bij huis soja te verbouwen, ook al wil dat nog niet echt van de grond komen. Het alternatief, de veldboon, zit wel degelijk in de lift. Dit is een van de vele gezichten van de eiwittransitie waar Europa mee bezig is.
Die eiwittransitie heeft nog een gezicht: verschuiving van dierlijk naar plantaardig. Daar spelen peulvruchten vanwege hun voedingswaarde een sleutelrol. De foodbusiness neemt hierin zelf het voortouw. Zo zijn alle kidneybonen van HAK in Nederland geteeld, en begint dat bedrijf hier nu ook met andere exotische peulvruchten. Conclusie: bonen hebben de wind mee.