ING: emissiedoelen kosten zuivel- en vleesbedrijven miljarden

Het realiseren van de CO₂-reductiedoelen voor 2030 kosten Europa’s dertig grootste zuivel- en vleesbedrijven naar schatting tussen de € 5 en € 10 miljard. Dat blijkt uit een analyse van de ING-bank. Het bedrag is nodig om de CO₂-uitstoot met zo’n 50 miljoen ton CO₂-equivalenten te verminderen.

Doelen deels onbekend

Steeds meer zuivel- en vleesbedrijven in Europa en Noord-Amerika stellen doelen voor reductie van emissies en willen in 2050 netto klimaatneutraal zijn. Tegelijk heeft ruim een derde van de grootste zuivel- en vleesbedrijven nog geen reductiedoelen voor CO₂-uitstoot gepubliceerd. Bedrijven zijn dit niet verplicht, maar toch verwacht ING dat ook deze groep komende jaren met doelstellingen naar buiten komt. Zo niet, dan zetten deze bedrijven zich steeds verder op achterstand aangezien steeds meer klanten verlangen dat voedselproducenten hun doelen voor CO₂-reductie op orde hebben.

Consensus

ING signaleert dat er een soort van consensus bestaat tussen bedrijven over welke reductiedoelen haalbaar zijn. De doelen van bedrijven als FrieslandCampina, Arla, Danish Crown, Vion, JBS en Cargill zijn allemaal redelijk vergelijkbaar. Zuivelbedrijven streven ernaar om de scope 1 en 2 emissies -de emissies die vrijkomen gedurende de verwerking van zuivel en vlees- van bedrijfsfaciliteiten, voertuigen en ingekochte energie in 2030 gemiddeld met 40% te verminderen. Vleesbedrijven koersen gemiddeld op een reductie van 35%. De meeste van deze doelen zijn gesteld ten opzichte van een basisjaar tussen 2015 en 2020.

Nog weinig oog voor emissiereductie verderop in keten

Opvallend is dat minder dan de helft van de bedrijven een doelstelling heef voor scope 3-emissies, ondanks het feit dat deze verantwoordelijk zijn voor ongeveer 90% van de totale emissies in de vleeswaardeketen en 95% van de totale emissies in de zuivelwaardeketen. Scope 3-emissies vinden plaats voor en nadat producten de fabriek verlaten en ontstaan voornamelijk op het boerenerf, tijdens de productie van ingrediënten en verpakkingsmateriaal en door transport door derden. Vlees en zuivelbedrijven die wel doelstellingen hebben voor zowel scope 1 en 2 als scope 3-emissies willen de totale uitstoot in 2030 met 30% hebben verminderd.

Onduidelijk hoe doelen te realiseren

Hoewel steeds meer bedrijven met harde doelen voor CO₂-reductie werken is volgens ING vaak verre van duidelijk hoe bedrijven gestelde doelen willen realiseren, al hebben sommige grote spelers wel vrij gedetailleerde plannen. ING noemt verschillende obstakels voor het realiseren van de doelen. Zo moeten er voldoende middelen voorhanden zijn om te nemen reductiemaatregelen te financieren. Ook zijn er technische obstakels. Het meten en volgen van emissies binnen een bedrijf wordt steeds gebruikelijker, maar is nog niet universeel. Bovendien zijn sommige van de geplande reducties in scope 3-emissies afhankelijk van technologieën die nog moeten worden ontwikkeld of die nog niet op grote schaal zijn toegepast. Een ander punt van zorg is cultureel van aard. Toezeggingen van grote bedrijven zijn afhankelijk van de bereidheid van boeren en andere leveranciers om te investeren en op een andere manier te werken.