Bepaalde grondstoffen zoals cacao en koffie kunnen niet dichterbij ingekocht kunnen worden. Foto: Canva
Voor voedingsbedrijven die én importeren van buiten Europa, én inkopen bij een groot aantal leveranciers, ligt een flinke uitdaging aan om te voldoen aan toenemende eisen rondom ketenverantwoordelijkheid.
Zoân 500 tot 1.000 middelgrote en grote Nederlandse voedingsfabrikanten en -handelaren zullen de meeste moeite hebben om de komende jaren meer verantwoordelijkheid te nemen voor wat er in hun ketens gebeurt. Dit komt omdat dit bedrijven zijn die importeren van buiten Europa én omdat ze inkopen bij een groot aantal leveranciers. Dit stelt ING Research in een sectorstudie. Dit zijn 2 tot 4% van alle bedrijven in de voedingssector.
Vaak kopen die leveranciers bovendien ook nog weer in bij duizenden boeren, wat de situatie nog complexer maakt. Bedrijven worden de komende jaren door wet- en regelgeving gedwongen meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun toeleveringsketens, zowel als het gaat om arbeidsomstandigheden als om milieu-impact.
Meer regelgeving
Zo is er een nieuwe Europese âdue diligenceâ-richtlijn die zal leiden tot nationale wetgeving rondom internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen, waarbij grote bedrijven meer verantwoordelijk gemaakt worden voor wat er gebeurt in hun toeleveringsketen. Daarnaast is in Europa vorig jaar de Corporate Sustainability Reporting Directive aangenomen, een richtlijn die inhoudt dat grotere Europese bedrijven moeten gaan rapporteren over hun sociale impact en milieu-impact. Verder is in Brussel ook regelgeving op komst voor een aantal specifieke ketens (zoals rundvlees en koffie), waarbij bedrijven zullen moeten gaan aantonen dat voor hun productie geen ontbossing heeft plaatsgevonden.
Motivatie
Niet alleen nieuwe wet- en regelgeving geeft druk op de ketel. Ook afnemers vragen soms om meer informatie. Verder spelen ook intrinsieke motivatie en het verkleinen van een reputatierisicoâs een rol in de motivatie om ketens beter in beeld te krijgen en zo nodig maatregelen te treffen.
Toeleveringsketens niet verleggen
Voor sommige bedrijven zal dit echter extreem ingewikkeld zijn, waarschuwen ING-sectoreconomen. Dit komt omdat grondstoffen voor sommige voedingsmiddelen uit veel landen en van veel verschillende leveranciers afkomstig zijn. De economen verwachten desondanks niet dat bedrijven hun toeleveringsketens op grote schaal zullen verleggen en meer in Europa gaan inkopen om beter zicht te hebben op risicoâs. Voor een deel ook omdat bepaalde grondstoffen zoals cacao en koffie niet dichterbij ingekocht kunnen worden. ING geeft aan dat voedingsbedrijven zelf een afweging zullen moeten maken over tot waar hun ketenverantwoordelijkheid reikt en hoe ze daar invulling aan kunnen geven.
Samen optrekken
Ceel Elemans, ING Sectorbanker Food, wijst ook op een andere categorie bedrijven voor wie het om andere redenen ingewikkeld is om meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun toeleveringsketens. âNaast die 500 tot 1.000 bedrijven zijn er veel kleinere bedrijven die ook internationaal inkopen, voor wie het lastig is om stappen te maken door de beperkte invloed die ze kunnen uitoefenen en hun behoefte aan specialistische kennis,â aldus Elemans. âVoor hen ligt de oplossing meer in samen optrekken, bijvoorbeeld door middel van initiatieven binnen een brancheorganisatie.â
Mis geen enkel topverhaal op Eiwit Trends
Dit premium artikel is enkel beschikbaar voor abonnees
Beperk risico's met betere investeringen
Versterk je ketenpositie met de juiste partners
Versnel innovaties met de nieuwste trends
Beleef journalistiek van top niveau door collega’s, ervaren redacteurs én experts uit de sector.
Wendy Noordzij
Chris Polkamp
Alieke Hilhorst