Skip to content

Inkooprijzen voedingsmiddelenproducenten nog altijd relatief hoog

De inkoopprijzen van de voedingsmiddelenproducenten zijn vanaf halverwege vorig jaar gedaald of gestabiliseerd, maar liggen nog altijd ruim boven die van voor corona en het conflict in Oekraïne.

Updated on:
Business
Nieuws
Foto: Canva

Foto: Canva

De inkoopprijzen van de voedingsmiddelenproducenten zijn vanaf halverwege vorig jaar gedaald of gestabiliseerd, maar liggen nog altijd ruim boven die van voor corona en het conflict in Oekraïne. Dat meldt de brancheorganisatie van de Nederlandse voedingsmiddelensector FNLI in de Monitor Levensmiddelenindustrie 2023.

In de monitor kijkt FNLI primair naar de economische ontwikkelingen in 2022. Waar de prijzen voor energie, verpakkingsmaterialen, personeel en logistiek in het derde kwartaal van 2022 nog piekten, zetten deze daarna een lichte daling in. De prijzen van agrogrondstoffen begonnen vanaf het tweede kwartaal 2022 geleidelijk te dalen. Voor al deze inputkosten geldt wel dat ze in juni 2023 nog altijd fors hoger waren dan begin 2021. FNLI geeft diverse voorbeelden. Zo lag de prijs van karton in juni 2023 nog altijd 33% hoger ten opzichte van januari 2021. Opvallend is dat de kosten van vervoer over de weg sinds 2021 gestaag bleven stijgen. In juni 2023 lagen deze kosten 20% hoger.

De omzet van de sector groeide onevenredig mee met de kostenstijging. Dit komt volgens FNLI-directeur Cees-Jan Adema tot uiting in een trager groeiende bruto toegevoegde waarde in 2022. Dit betekent dat de lonen, investeringen en winsten uit een kleinere marge moeten worden betaald.

Stijging productiewaarde levensmiddelenindustrie

In 2022 bedroeg de productiewaarde van de Nederlandse levensmiddelenindustrie € 91,2 miljard. De stijging in productiewaarde bedroeg 21% ten opzichte van 2021. De bruto toegevoegde waarde in de Nederlandse levensmiddelenindustrie steeg met 7,4% tot € 15,8 miljard in 2022. De levensmiddelenindustrie zorgde in 2022 direct en indirect voor circa 3,8% van het bruto binnenlands product (BBP).

De Nederlandse levensmiddelenindustrie wist afgelopen jaar zijn exportpositie te verbeteren. De uitvoerwaarde nam sterker toe dan de invoerwaarde, wat ten gunste kwam van het uitvoersaldo (€ 21,5 miljard) in 2022. De belangrijkste landen voor uitvoer bleven de buurlanden Duitsland, België, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk.

Hogere prijsstijging

Nederlandse huishoudens betaalden in 2023 meer voor voedingsmiddelen dan in 2021. In de periode van januari 2021 tot juli 2023 was de gemiddelde prijsstijging van voedingsmiddelen in de EU 25,8%. Dit staat gelijk aan de Nederlandse prijsstijgingen. Dit is de grootste stijging sinds de start van de meting in april 1986. De gemiddelde prijs van voedingsmiddelen, exclusief alcoholische dranken, lag in 2022 in Nederland lager dan die in bijvoorbeeld Duitsland en Polen, terwijl in Frankrijk en Italië de prijsstijgingen relatief beperkter zijn.

Een Nederlander gaf in 2022 bijna 10% (2010: 8,6%) van het inkomen uit aan levensmiddelen. Binnen de EU-27 besteedden alleen inwoners van Ierland, Luxemburg, Oostenrijk en Denemarken een lager percentage van het hun inkomen aan levensmiddelen. Het gemiddelde percentage komt in de EU uit op 12,6.

Lees ook: Nieuwe eiwitstrategie moet Europa minder afhankelijk maken van voedselimport

Snel delen