Wijds land aan de Wadden, goede grond en door bomen omzoomde boerderijen. - Foto: Henk Riswick
In dit artikel
Uitbreiding van het Waddengebied landinwaarts is mooi voor de natuur, maar funest voor de pootgoedteelt. De plannenmakers houden geen rekening met de belangrijke functie die Nederlandse pootaardappelen hebben in de voedselproductie in de wereld.
Door Gerard Backx, CEO van aardappelhandelshuis HZPC
De Verenigde Naties (VN) hebben zeventien duurzaamheidsdoelen gesteld. Beëindiging van extreme armoede staat voorop. Geen honger is de tweede. Het behoud van ecosystemen, bossen en biodiversiteit is ook een doelstelling van de VN. De aardappel speelt een belangrijke rol in het realiseren van de tweede doelstelling.
Dagelijks gaan meer dan 800 miljoen mensen op deze aarde slapen met een lege maag. Dat is meer dan 10% van de wereldbevolking. Dit getal van 800 miljoen is de laatste decennia langzaam gedaald, maar er is nog een lange weg te gaan om dat cijfer naar nul te brengen.
Aardappelen zijn een belangrijk voedselgewas in de wereld. Dit gewas produceert, in vergelijking met veel andere gewassen, in een heel korte tijd met weinig water de grootste hoeveelheid bijzonder voedzaam voedsel. Voorwaarde is dat men van tijd tot tijd gezonde pootaardappelen aankoopt. Een heel groot deel van de pootaardappelen die in de wereld buiten de rijke landen wordt gebruikt, komt uit Nederland.
Bijdrage aan bestrijding honger
Nederlandse akkerbouwers telen jaarlijks 40.000 hectare pootaardappelen. Meer dan welk ander land dan ook. Dit kan door een vrij unieke combinatie van een gematigd zeeklimaat met zeer vruchtbare gronden. Deze teelt is een arbeidsintensieve teelt met een hoge toegevoegde waarde en draagt bij aan de bestrijding van honger in de wereld.
Het feit dat we in een vruchtbare delta wonen, geeft ons de maatschappelijke plicht om niet alleen voor Nederland voedsel te produceren
Daarmee draagt deze sector belangrijk bij aan het behalen van de tweede duurzaamheidsdoelstelling van de VN. Daar zijn alle betrokkenen trots op en de dankbaarheid van de afnemers is groot. Deze teelt mag daarom niet uit Nederland verdwijnen of worden beperkt omwille van natuur of omgeving. Dat zou het halen van een belangrijke duurzaamheidsdoelstelling ondermijnen.
In Noord-Nederland zijn plannen gemaakt om het Waddengebied landinwaarts te vergroten. Dat zou heel mooi zijn voor de natuur, maar gaat direct ten koste van het grootste gebied in Nederland waar pootaardappelen worden geteeld. Dan krijgt het behalen van een van de duurzaamheidsdoelstelling van de VN voorrang op het behalen van de tweede duurzaamheidsdoelstelling. Dat is inhumaan en zeker niet duurzamer.
Kapitale vergissingen
Velen die zich bezighouden met de inrichting van het landschap in Noord-Nederland maken twee kapitale vergissingen. Allereerst denkt men dat er voldoende voedsel wordt geproduceerd in Nederland. Dat is correct als men alleen naar de Nederlandse consumenten kijkt. Het feit dat we in een vruchtbare delta wonen, geeft ons echter de maatschappelijke plicht om niet alleen voor Nederland voedsel te produceren, maar dat we ook bijdragen aan de voedselproductie in de rest van de wereld. Nederlandse pootaardappelen zijn de start voor de teelt van een voedzaam en zeer gezond gewas in Afrika of Azië.
Het rijke Europa heeft een humane plicht om te zorgen dat veel mensen voldoende voedsel kunnen blijven produceren
Daarnaast wordt gedacht dat aardappelen ‘maar’ aardappelen zijn. Echter deze 40.000 hectare pootaardappelen zijn andere aardappelen dan de 120.000 hectare overige waardevolle aardappelen die in Nederland worden geteeld. Juist deze 40.000 hectare zijn van groot belang voor het halen van de duurzaamheidsdoelstellingen in de wereld, omdat ze de basis zijn voor verdere productie van aardappelen in veel landen.
Vermeerdering
Een pootaardappel wordt in Afrika of Azië op locatie weer gepoot en nog een of meerdere generaties verder vermeerderd. Daarom staat zo’n Nederlands knolletje al snel aan de basis van tientallen kilo’s lokaal geproduceerde aardappelen. Goed plantmateriaal voor de lokale telers is belangrijk.
Het rijke Europa heeft een humane plicht om te zorgen dat veel mensen, buiten Europa, ook voldoende voedsel kunnen blijven produceren. Dat helpt om het welvaartsverschil tussen de continenten te verkleinen en migratie te verminderen. Dat is humaan en duurzaam. Daar zijn alle HZPC-telers en medewerkers trots op en dat mogen ook alle andere Nederlanders zijn.