Grote investeringen zoals nieuwbouw van stallen en andere gebouwen zijn net als overnames belangrijke momenten voor de financiering van een bedrijf. - Foto: Hans Banus
In dit artikel
Overstappen naar een andere bank. Veel mensen hebben het er over, zeker in tijden met lage rente. Maar hoe vaak gebeurt het eigenlijk en wat komt er allemaal bij kijken? Heel wat, zo blijkt. Daarbij zijn er meer factoren van belang dan alleen de lokroep van een lagere rente. Toch zitten boeren tegenwoordig wat minder vast aan hun financier dan voorheen.
Een lagere rente, betere voorwaarden voor aflossen. Dat zijn argumenten in klinkende munt waarom ondernemers soms de overstap naar een andere bank overwegen. Nog een reden om over te stappen naar een andere financier, kan zijn dat de bestaande relatie verstoord is. Bijvoorbeeld door financiële problemen of omdat de huidige bank niet mee wil gaan in een investeringsplan.
Ondernemers zitten duidelijk minder vast aan hun bankrelatie dan vroeger
De rente, die naar verwachting voorlopig laag blijft, is ook een actuele reden om de financiering onder de loep te nemen. En als later dit jaar het uitstel voor het betalen van rente en aflossing vanwege corona afloopt, is er weer zo’n moment van nadenken. In veel gevallen is dat uitstel verleend tot begin oktober.
Maar overstappen is een hele stap en ook niet eens altijd mogelijk. Kan een bedrijf dat het financieel moeilijk heeft wel zo makkelijk terecht bij een andere financier? Banken kijken steeds meer naar het ondernemerschap van boer en tuinder. Dat geldt voor de drie grootse marktpartijen Rabobank, ABN Amro en ING. Biologische bedrijven hebben nog andere alternatieven, zoals Triodos Bank.
Het aantal bedrijven dat echt overstapt, is beperkt tot enkele honderden per jaar.
Ook andere financiers beoordelen bedrijven in de eerste plaats op de kasstroom en ondernemerskwaliteiten. Brengt het bedrijf voldoende op om aan alle financiële verplichtingen te voldoen?
Liquiditeit doorslaggevend
Door de coronacrisis doen banken momenteel weinig aan het werven van nieuwe klanten. Hun aandacht is vooral gericht op het ondersteunen van bestaande klanten en hun eigen balans. Dat is althans de indruk van Edwin Roelandse, relatiemanager bij Alfa Accountants en Adviseurs. “Vóór de coronacrisis richtten banken zich vooral op de goedlopende bedrijven, de ‘neusjes van de zalm’. Bedrijven die minder goed scoren, worden niet overgenomen. Toen niet, en nu al helemaal niet”, aldus Roelandse. Daarbij wordt steeds meer gekeken naar kengetallen die ook in het MKB worden gebruikt.
Een bedrijf moet goede managementinfo hebben die inzicht geeft hoe het bedrijf draait. Dat gaat nog steeds over technische prestaties, maar vooral ook over de liquiditeit, geeft Roelandse aan. “In hoeverre is de kasstroom voldoende om aan alle verplichtingen te voldoen? En de marge moet ruim genoeg zijn om tegenvallers op te kunnen vangen.”
Investeringen betalen uit bestaande exploitatie
Bij nieuwe financieringen of uitbreidingsplannen merkt Roelandse net als andere adviseurs dat de nieuwe verplichtingen uit de bestaande exploitatie moeten worden opgehoest. Dat betekent dat er in de huidige situatie voldoende ruimte moet zijn om bijvoorbeeld fosfaatrechten of grond te kopen. En dat is vaak lastig. Ten opzichte van bijvoorbeeld tien jaar geleden zit er een duidelijk verschil in de looptijd van financieringen. Die is veel korter geworden, merkt Roelandse. “In het verleden waren looptijden mogelijk van twintig tot soms dertig jaar, nu sturen banken vaak aan op vijf tot tien jaar. En daarin zit een flink risico als je na vijf jaar de financiering moet verlengen, terwijl de investering een veel langere aflossingstermijn heeft, zoals bij gebouwen en zeker bij grond.”
Sowieso zitten banken veel strakker in het beheer van financieringen. Teruglopende liquiditeit of verlies draaien leidt tegenwoordig sneller tot verscherpt toezicht vanuit de afdelingen bijzonder of intensief beheer.
Lees verder onder foto
Zelf rekenen
Adviseurs van Countus zien eveneens dat boeren overstappen of die optie bekijken, ook al gaat het uiteindelijk niet om grote aantallen die het echt doen. “Het is niet zoals bij energiemaatschappijen. Maar ondernemers zitten duidelijk minder vast aan hun bank dan vroeger”, volgens Jan Lucas Spijkman, akkerbouwspecialist. “De stappen die nu worden gezet zijn veel groter, vooral door de grondprijzen. Bedrijfsovernames zijn steeds complexer en worden bovendien zakelijker beoordeeld, zeker als er extra geld nodig is voor dezelfde exploitatie.” Banken zijn kritisch op de ondernemerskwaliteiten en de staat van een bedrijf, merkt Spijkman. Boeren moeten zelf steeds meer doorrekenen. Aantonen dat een investering rendement oplevert, en dat er genoeg marge is voor tegenvallers.
Spijkman adviseert om in ieder geval de eigen bankrelatie tijdig te betrekken bij investeringsplannen of een bedrijfsoverdracht, en te vragen om mee te denken over de financiering.
Enkele honderden overstappers
Op basis van inschattingen van adviseurs en bankiers gaat het om enkele honderden bedrijven per jaar die overstappen naar een andere bank. Maar het aantal dat een offerte opvraagt bij een andere bank is vele malen groter. Bijvoorbeeld als toch een nieuwe financiering wordt doorgerekend vanwege een overname of een grote investering.
Veruit de grootste financier in de agrarische sector is Rabobank, met circa 80 tot 85% van de markt op basis van aantallen bedrijven. Het kredietvolume van Rabobank bij boeren en tuinders in Nederland daalt wel de afgelopen jaren. Eind 2019 was dat nog ruim € 25 miljard, tegen ruim € 30 miljard in 2011. Groei haalt Rabobank vooral via agrarische bedrijven buiten Nederland.
In de afgelopen jaren is er steeds meer aandacht gekomen voor ondernemerschap, visie, afzetmarkten en duurzaamheid
ABN Amro geeft aan dat het 13% van het totaal aantal agrarische bedrijven in zijn portefeuille heeft en 17% van de grotere bedrijven, en schat in dat het goed is voor 19% van het totale agrarische kredietvolume. Het resterende deel van de markt zit vooral bij ING.
Ondernemerschap
ABN Amro ziet het aantal klanten en de kredietverlening jaarlijks toenemen, volgens Pierre Berntsen, directeur Agrarische bedrijven. Of dat in 2020 ook zo is, moet nog blijken. De impact van corona is groot en dat heeft nu prioriteit. Volgens Berntsen zijn banken kritischer geworden in het aannemen van nieuwe klanten. “Bij ABN Amro hebben we veel aandacht voor het verdienmodel van de ondernemer en hoe toekomstbestendig dat is. Op welke markt is het bedrijf actief en is er voldoende ruimte voor tegenvallers en voor privé?” In de beoordeling wordt ook betrokken wat er in de komende vijf tot tien jaar aan investeringen nodig is. In het verleden stonden cijfers in een kredietaanvraag voorop. Berntsen: “In de afgelopen jaren is er steeds meer aandacht gekomen voor ondernemerschap, visie, afzetmarkten en duurzaamheid. Tegelijkertijd hebben banken te maken met strengere eisen door toezichthouders.”
Zelf schakelen
Volgens Clemens van der Aa, sectormanager veehouderij van Rabobank, is het klantverloop beperkt. De beoordeling van nieuwe en bestaande financieringen en van investeringen is eigenlijk weinig veranderd, volgens Van der Aa. Het draait in de eerste plaats om het kunnen voldoen aan alle verplichtingen. Dat gaat verder dan alleen maar rente en aflossingen en de privé-uitgaven. Een goede liquiditeitsplanning is belangrijker geworden. Er moet ook genoeg ruimte zijn voor noodzakelijke investeringen, en de financiering moet aansluiten bij de bedrijfssituatie. Is een bedrijfsovername op komst, of moeten oudere gebouwen op termijn worden vervangen?
“De ondernemer zit altijd zelf aan het stuur. Ook in hoeverre hij meegaat in actuele ontwikkelingen en uitdagingen. Bijvoorbeeld wel of geen weidegang”, aldus Van der Aa. “Ondernemers zijn er veel bewuster van dat ze ook zelf kunnen schakelen. En hun strategie bepalen over gevoeligheden in hun bedrijfsopzet en kostenopbouw. Dat gaat ook over mogelijkheden voor afzet, bijvoorbeeld door mee te doen aan concepten, zoals PlanetProof.”
Grondgebonden bedrijven
ING zet vooral in op groei in grondgebonden bedrijven, aldus agrarisch specialist Jan Willem van den Berg. Het komt voor dat bedrijven overstappen, geeft hij aan zonder aantallen te noemen. Volgens Van den Berg is er weinig veranderd in de beoordeling van bedrijven: “ING is altijd wel kritisch geweest op de rentabiliteit. De kasstroom moet in een goede verhouding staan tot de financiering.” ING hanteert geen specifieke duurzaamheidsscores. Maar ook bij deze bank spelen grondgebondenheid en inspelen op duurzame ontwikkelingen een rol in de beoordeling van een bedrijf. “Een intensief bedrijf wordt anders beoordeeld. Dat heeft invloed op de uiteindelijke rente die een klant betaalt. Net zo goed als het aandeel eigen vermogen in het bedrijf en de marge in de exploitatie.”