Foto: Canva
Vleesvervangers op basis van Nederlandse veldbonen, gemaakt door Me-at, liggen in 2022 in het winkelschap.
Dat is de ambitie van een consortium van Agrifirm, ZLTO, Herba Ingredients en Me-at, de vleesvervangerstak van Vion. Donderdag werden de eerste twee van 30 hectare veldbonen voor plantaardige vleesvervangers ‘ingezegend’. Het doel is om het areaal in vijf jaar te laten groeien naar 1.000 hectare veldbonen. Met het initiatief onderzoeken de betrokkenen of deze korte, lokale keten toekomst heeft en of ook de telers ervan profiteren. “Hiervan is sprake als we, door het delen van kennis en technologie, het rendement uit de teelt omhoog krijgen en dit kunnen combineren met de gunstige effecten van vlinderbloemige gewassen op de biodiversiteit en bodem”, aldus Willem Unger, directeur plantaardig bij Agrifirm.
Betere veldbonenrassen
Door de introductie van betere veldbonenrassen wordt de bittere boonachtige smaak verminderd om zo beter aan te sluiten bij de marktbehoefte. De eiwitten worden na oogst en opslag uit de veldbonen gehaald en door Me-at verwerkt in plantaardige vleesvervangers.
De ambitie is om de eerste producten in 2022 in het winkelschap te hebben
Willem Cranenbroek (general manager Me-at): “Alle partners delen kennis en expertise met elkaar om zo te werken aan een 100% puur Hollandse vleesvervanger, zoals worst, gehakt en burgers. De ambitie is om de eerste producten in 2022 in het winkelschap te hebben. Dit alles met oog voor de herkomst van de veldboon en het verhaal van de teler, geproduceerd in een zo kort mogelijke keten. Bij elkaar is dat een mooie uitdaging om onze tanden in te zetten!”