Archiefbeeld van controle van kazen bij Cono. In de gehele agrifoodketen blijft er vraag naar personeel. Door de trends in de sector veranderen de vaardigheden van (nieuwe) medewerkers wel. - Foto: ANP
In dit artikel
- Trends die vragen om andere kennis en vaardigheden
- Leren inspelen en omgaan met maatschappelijke ontwikkelingen
- Docent: bijna alle studenten hebben tijdens diplomering al werk
- Technische vacatures het moeilijkst te vervullen
- Coronacrisis zorgt ook voor positieve ontwikkeling onderwijs
- Selectiegesprekken buiten de deur om risico corona te verkleinen
Trends en ontwikkelingen in de agrifoodsector vragen om medewerkers die hier op kunnen (gaan) anticiperen. Ook het coronavirus vraagt aanpassingsvermogen. Hoe gaan onderwijs en bedrijfsleven hier mee om?
Het is voor bedrijven in de agrarische sector niet altijd makkelijk om personeel te vinden, zowel in de primaire sector als in de periferie. Tegelijkertijd vragen de ontwikkelingen in de sector om medewerkers die daar op in kunnen spelen en mee om kunnen gaan. Robotisering, digitalisering, meer aandacht voor duurzaamheid en milieu: het zijn enkele voorbeelden van trends. Daarbovenop zorgt het coronavirus ervoor dat zowel bedrijven als medewerkers zich moeten aanpassen.
Het onderwijs speelt een belangrijke rol in het zorgen voor personeel dat weet hoe het om moet gaan met al deze ontwikkelingen. Hoe zorgen het onderwijs en het bedrijfsleven ervoor dat ze goed op elkaar aansluiten?
Trends die vragen om andere kennis en vaardigheden
De samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) constateert in haar trendrapport trends in de groene en voedingssector waarop het onderwijs moet aansluiten:
Groene sector:
- transparantie,
- duurzame productie en leefomgeving,
- big data,
- robotisering,
- de veranderende consument online,
- nieuwe businessmodellen.
Foodsector:
- datatechnologie,
- voedingstrends,
- voedseltransitie,
- robotisering.
Er worden andere kennis en vaardigheden gevraagd van studenten die het werkveld betreden. Gerty van den Bosch-Habraken, kerndocent bij Helicon Opleidingen (Den Bosch) ziet dat ook: “Studenten dienen technologischer onderlegd te zijn, bewust van duurzaamheid, flexibel en internationaler georiënteerd. Daarnaast worden studenten voorbereid op een leven lang leren omdat de ontwikkelingen zo snel gaan en zullen blijven gaan”.
Ook Ronald Sol, docent bedrijfskunde en agri-foodbusiness op HAS Hogeschool (Den Bosch) ziet dat er steeds meer vraag komt naar studenten die kunnen werken met data en IT-tooling, zoals in de precisielandbouw.
Met andere groene hogescholen is er landelijk overleg om de eindcompetenties van studenten af te stemmen
Het gaat bij de voorbereiding op het werkveld niet alleen om kennis. Ook vaardigheden (competenties) spelen een belangrijke rol. Iris Jonker, docent dier- en veehouderij op Van Hall Larenstein (Leeuwarden) ziet dat de competenties van de studenten mee veranderen met de ontwikkelingen in de sector. “Met andere groene hogescholen is er landelijk overleg om de eindcompetenties van studenten af te stemmen. Eens in de vier à vijf jaar worden die herzien. Daar bouwen de scholen hun onderwijsprogramma op.”
Ronald Sol ziet dat er steeds meer nadruk komt op andere vaardigheden: “Over de vak- én landsgrenzen heen kijken, communicatie, flexibiliteit en maatschappelijk bewustzijn zijn steeds belangrijker. Zonder dat red je het niet meer tegenwoordig.”
Leren inspelen en omgaan met maatschappelijke ontwikkelingen
Volgens Jonker is het vooral belangrijk dat studenten een eigen visie leren creëren en zelf kunnen kiezen hoe ze omgaan met de huidige ontwikkelingen. “Een deel van onze studenten gaat werken in de primaire sector, een ander deel in de periferie. Uiteindelijk is een belangrijke vraag voor beide groepen ‘hoe kan ik op mijn manier inspelen op of omgaan met maatschappelijke ontwikkelingen?’. Het gaat om ondernemerschap in wisselende omstandigheden.”
Scholen houden nauw contact met het werkveld, onder andere door stages, praktijkopdrachten en afstudeerprojecten. Ook gastcolleges en onderzoeksprojecten brengen actualiteit in het lesprogramma. De ontwikkelingen in de sector gaan snel, bijvoorbeeld op het gebied van wet- en regelgeving of innovatie.
We proberen deze actualiteiten in de colleges te verwerken of gastsprekers te betrekken bij het onderwijs
“In sommige gevallen speelt het bedrijfsleven hier sneller op in dan wij als docent of opleiding kunnen realiseren. Maar we proberen deze actualiteiten in de colleges te verwerken of gastsprekers te betrekken bij het onderwijs”, aldus Ronald Sol.
De eindcompetenties van studenten worden met het bedrijfsleven besproken. Scholen voeren werkveldscans uit of hebben samenwerkingsverbanden waarin getoetst wordt hoe opleidingen en het beroepenveld op elkaar aansluiten.
Lees verder onder het kader en de video
Docent: bijna alle studenten hebben tijdens diplomering al werk
Dat er veel vraag is naar nieuwe medewerkers in de sector zien de scholen: “Eigenlijk alle studenten hebben tijdens de diplomering al een baan”, aldus Jonker. Bij Lely bijvoorbeeld komen veel starters terecht via stages. “Jaarlijks ontvangen we ruim 70 stagiaires waarvan we weten dat er ongeveer 40% blijft werken bij Lely. Voor ons een enorme kweekvijver van talent”, aldus Noortje Poot, Talent Acquisition & Employer Brand Manager bij Lely (Maassluis).
De snelle ontwikkelingen zorgen ervoor dat het bedrijfsleven wel andere eisen stelt aan nieuwe medewerkers. Zo zijn de vaardigheden die horen bij de functies van bijvoorbeeld Lely veranderd in de afgelopen jaren. “We zien sowieso een verschuiving richting cloud, data en AI. Daarnaast zien we dat ook onze afdeling product development steeds meer kijkt naar het duurzamer maken van een product door bijvoorbeeld lichtere materialen te gebruiken waardoor er minder stroom verbruikt wordt”.
Jaarlijks ontvangen we ruim 70 stagiaires waarvan we weten dat er ongeveer 40% blijft werken
Royal Avebe (Veendam) ervaart dat het niveau en de competenties van starters vaak matchen met de functies binnen het bedrijf. “Het is vaak de specifieke kennis die de nieuwe medewerkers nog moeten gaan beheersen”, aldus Natasja Turksma, HR Recruitment Manager bij Avebe. Met de focus op innovatie is het voor Avebe belangrijker geworden dat nieuwe medewerkers een brede blik hebben. “We laten ze een assessment doen, waaruit ook blijkt of ze van zichzelf innovatief en ondernemend zijn. Dat vinden we belangrijke eigenschappen.”
Bij kaasbedrijf Cono (Westbeemster) werken de meeste mensen in het operationele deel van het bedrijf. “De basiskennis van nieuwe medewerkers is vaak goed. De specifieke kennis over het maken van kaas, krijgen ze binnen ons bedrijf. Een aantal jaar geleden hebben we wel zelf met een onderwijsinstelling de opleiding voor procesoperator opgezet. Die was er nog niet, maar is wel belangrijk voor ons”, aldus Kee van Doorn, HR-manager bij Cono. De moeilijkst vervulbare vacatures zijn volgens haar die van kwaliteitsmedewerker. “Dat is niet alleen bij ons. Landelijk gezien is daarin krapte.”
Technische vacatures het moeilijkst te vervullen
Technische innovaties in de sector vragen vaak om specialistische kennis en het is niet altijd makkelijk daar mensen voor te vinden. Waar Lely ziet dat vacatures op het agrarisch domein snel worden ingevuld, is dat bij engineering en data en IT anders. Daar is veel concurrentie van grotere engineering bedrijven.
Ook Avebe ziet dat de technische functies binnen het bedrijf het moeilijkst te vervullen zijn. “In onze regio, het noorden van Nederland, zijn meer technische vacatures dan dat er starters van school komen. Tegelijkertijd stappen personen in medior en senior functies minder snel over naar een ander bedrijf door onder andere het coronavirus. Het is een onzekere tijd en mensen die ergens goed zitten, blijven daar. Aan de andere kant biedt het thuiswerken het voordeel dat mensen plaats onafhankelijk kunnen werken.”
Dat we groeien betekent ook dat medewerkers andere vaardigheden nodig hebben
Schouten Food, producent van plantaardige eiwitproducten ziet dat innovatie gepaard gaat met een andere vraag naar medewerkers. “De R&D- en kwaliteitsafdeling groeit hard. Daar zoeken we regelmatig mensen voor”, zegt HR-manager Jaride Koolen.
Het bedrijf heeft de afgelopen jaren een flinke groei doorgemaakt. Drie jaar geleden werkten er ongeveer 20 medewerkers, nu zijn dat er meer dan 50. “Dat we groeien betekent ook dat medewerkers andere vaardigheden nodig hebben. Grote multinationals als klant benader je bijvoorbeeld anders dan de lokale supermarkt.”
Schouten is gevestigd in Giessen, een klein dorp met daaromheen een lage bevolkingsdichtheid. Dat maakt het soms lastig goede mensen te vinden. “We hebben nauw contact met Wageningen Universiteit en HAS Hogeschool. We werken ook steeds meer met stagiairs die soms in het bedrijf blijven.”
Kaasbedrijf Cono merkte in het invullen van de vacatures weinig invloed van de coronacrisis. “We hebben tijdens de coronacrisis verschillende vacatures gehad en die ook vrij makkelijk in kunnen vullen. Ik denk dat we zonder corona geen andere situatie hadden gehad”, aldus Kee van Doorn. Ze denkt dat vooral de binding met de regio, met de onderwijsinstellingen daar en bekendheid door het merk Beemster kaas zorgt voor de snelle invulling.
Coronacrisis zorgt ook voor positieve ontwikkeling onderwijs
Gerty van den Bosch van Helicon ziet een positieve ontwikkeling aan de coronacrisis voor studenten: “De coronacrisis heeft de ontwikkelingen rondom ketenverkorting binnen de agrofood sector wel versneld en consumenten bewuster gemaakt van waar hun eten vandaan komt. Dit biedt ook in de toekomst nieuwe kansen voor studenten.”
Ze ziet wel dat door de coronacrisis sommige bedrijven te kampen hebben met een terugloop in omzet en gedwongen ontslagen en dat ze het daarom niet gepast vinden om studenten aan te nemen. Andere bedrijven willen liever zo min mogelijk mensen over de vloer, waardoor ook stagiairs niet meer welkom zijn.
Ondanks de coronacrisis geven de scholen aan dat het contact met het werkveld nog goed is. “Het was voor iedereen even schakelen. Bedrijven moeten ook kijken hoe ze studenten nu het beste kunnen begeleiden, maar iedereen is erg flexibel en probeert er het beste van te maken”, aldus Iris Jonker.
We sturen een video waarin onze CEO aangeeft wat sollicitanten van Lely als werkgever kunnen verwachten
De coronacrisis vraagt van bedrijven nu ook een andere manier van het aantrekken van nieuwe medewerkers. Noortje Poot: “Alles is anders. In principe is alleen het laatste gesprek in de sollicitatieprocedure in real life. Onze candidate experience is nu nog belangrijker geworden. We sturen een video van onze CEO, Andre van Troost, waarin hij aangeeft wat men op dit moment van Lely als werkgever kan verwachten. We merken dat dat goed aanslaat en vertrouwen geeft om te kiezen voor een andere werkgever in deze gekke tijden.”
Selectiegesprekken buiten de deur om risico corona te verkleinen
Cono hield in de eerste lockdown de selectiegesprekken op een externe locatie. “Zodat we het risico voor het operationele deel van het bedrijf zo laag mogelijk hielden”, aldus Kee van Doorn. “De gesprekken die volgden waren wel in ons bedrijf, omdat het toch heel belangrijk is voor nieuwe medewerkers om te voelen, proeven en ruiken in welk bedrijf ze terecht komen.”
Schouten had tijdens de coronacrisis een tijdje geen vacatures openstaan. “We moesten even aankijken wat de crisis voor ons ging betekenen, ook financieel. Gelukkig lijkt dat mee te vallen. Daarnaast was de begeleiding van nieuwe werknemers ook wat lastig door het thuiswerken, maar dat is inmiddels normaal geworden.”